|   Hoofdstuk 6  Ether vibraties   De  kwantumfysica, die alweer zo’n honderd jaar bestaat, is nog  steeds de toonaangevende fysica. Ondanks het feit dat de kwantumfysica de  aanwezigheid van het nulpuntsveld aantoonde met al zijn subatomaire deeltjes en  fotonen die spontaan ontstaan uit het niets om vervolgens nanoseconden later  weer in de vergetelheid te geraken, is er nog steeds geen redelijke verklaring  over het hoe en waarom deze deeltjes en fotonen zomaar kunnen ontstaan en  verdwijnen.  Daar komt  bij dat de kwantumwaarschijnlijkheidsgolf nog steeds moeilijk te doorgronden en  te visualiseren is. De kwantumfysica mag dan bewezen hebben een mathematisch  correcte wetenschap te zijn; voor de leek is de golf-deeltje dualiteit van de  kwantumfysica nog steeds moeilijk te begrijpen. Hoe moeten we ons deeltjes  voorstellen die zowel golven als kleine harde knikkers zijn? Ook het  atoommodel van Niels Bohr,waarbij elektronen rondjes draaien in  welgedefinieerde banen rond de kern,is moeilijk te begrijpen. Omdat elektronen voortdurend energie  uitzenden zouden ze moeten terug vallen naar de kern, maar dat doen ze niet! De  vraag is waar deze uitgezonden energie eigenlijk vandaan komt en hoe ze weer wordt  aangevuld? De kwantummechanica heeft de kwantumtoestanden van de elektronen  (gegeven baan binnen het atoom) als een vaststaand feit geaccepteerd, maar ze  kan geen bevredigend antwoord geven op de vraag waarom elektronen alleen kunnen  voorkomen in discrete banen van het atoom en waarom ze uiteindelijk niet  terugvallen naar de kern.  Zelfs  driehonderd jaar na de ontdekking door Newton van de zwaartekracht , heeft de wetenschap hiervoor nog  steeds geen theoretische verklaring. Dit is dan  ook precies de reden waarom de wetenschap streeft naar nieuwe theorieën die de  anomalieën van de kwantumfysica beter kunnen verklaren. De beste poging van de  fysica daartoe is totnogtoe de snaartheorie. Een kleine groep wetenschappers heeft  nu echter een radicaal nieuwe visie ontwikkeld en hun denken voert hen terug  naar inzichten uit de Oudheid. Honderden jaren lang hebben  briljante fysici en filosofen geprobeerd om onze wereld voor te stellen in de  mathematische modellen van de deeltjesfysica die stelt dat onze fysieke wereld  gemaakt is uit materie waarvan het kleinste deeltje het atoom wordt genoemd.  Atoom is een oud Grieks woord en betekent ondeelbaar; het wordt verondersteld  het kleinste deeltje van de materie te zijn dat niet meer gedeeld kan worden.  De kwantumfysica constateerde  echter dat deeltjes zich in sommige gevallen gedroegen als golven en  introduceerde later de golf-materie dualiteit. Sommige  kwantumfysici hebben in het verleden al eens gesuggereerd dat kwantumgolven wel  eens echte golven zouden kunnen zijn die in het fysieke domein bestaan. Ze  geloofden niet in de deeltje-golf dualiteit. In 1937 schreef Erwin Schrödinger hierover ‘wat we observeren als materiële  lichamen en krachten zijn niets meer dan de vormen en variaties in de structuur  van de ruimte zelf’.  Zelfs Einstein verwierp het  idee van discrete deeltjes uiteindelijk en geloofde dat deeltjes in feite  onderdeel waren van een continu veld. Een groeiend aantal  postkwantumfysici ontdekken wat Einstein en Schrödinger al vermoedden; de  fysica zou wel eens al die tijd op het verkeerde spoor gezeten kunnen hebben,  misleid door de idee dat de materiële wereld bestaat uit gescheiden harde  deeltjes! Zij suggereren nu dat we wel eens zouden kunnen leven in een op  golven gebaseerd universum. Materie is eenvoudigweg het brandpunt van een  vibratie in een zee van energie genaamd de ether.                     De 
                  ether In de  Griekse oudheid geloofden Griekse wetenschappers en filosofen dat de natuur  vier elementen telde: aarde, water, vuur en lucht. De atomen, zo geloofde men,  waren de bouwblokken van deze vier elementen van het universum. Aristoteles  voegde er een vijfde element aan toe, de ether en hij postuleerde dat de planeten en de  sterren gemaakt waren van deze ether. De Griekse filosoof Plato beschreef in 350  v.Chr. in zijn boek Timaeus al deze vijf elementen en voegde eraan toe dat  materie gevormd wordt uit de vijf Platonische lichamen. Hij stelde de tetraëder gelijk aan het element vuur, de kubus met  aarde, de icosaëder met water, de octaëder met lucht en de  dodecaëder met ether, de stof van de planeten en de sterren. We weten nu  uiteraard dat er meer elementen voorkomen in de natuur dan die welke bekend  waren in de Griekse oudheid. Het is echter een bekend feit dat de Platonische  lichamen een rol spelen in de scheikunde in de interne organisatiestructuur van  moleculen van veel materialen. Zo treffen we de Platonische lichamen bijvoorbeeld  aan in de organisatie van de moleculen van natuurlijke kristallen. In dit  hoofdstuk zullen we een nieuwe theorie van de materie presenteren die overeenstemt  met Plato’s stelling dat de atomen geconstrueerd zijn uit Platonische lichamen. Sommige wetenschappers menen nu dat  de ether een subtiele energievorm is die als een soort  vloeistof door alle materiële dingen heen stroomt en daarbij de materiële  wereld uit zichzelf schept. De Platonische lichamen, zo wordt aangenomen, zijn  inderdaad de geometrische interne structuren van het atoom. Vandaar dat voor  deze nieuwe ethertheorie de Heilige Geometrie zo belangrijk is.  In de 19e  eeuw werd de lichtende ether door  de wetenschap algemeen geaccepteerd! Naar werd aangenomen, was dit het medium  waarin de elektromagnetische golf zich voortplantte. In die tijd geloofden  fysici dat materie en ether geen separate dingen waren. De ether diende als  medium voor stralende energieën zoals licht en was tevens het medium waardoor  krachtvelden tussen materiële objecten zich verplaatsten zoals de zwaartekracht. James Clerk Maxwell, de oprichter van de elektrodynamica,  en zijn tijdgenoten hadden er geen enkele twijfel over dat de ether bestond. In  1887 voerden Albert Michaelson en Edward Morley echter een experiment uit om  het bestaan van de ether te bewijzen. In die tijd werd gedacht dat licht een  compressiegolf was die zich als een longitudinale golf voortplantte door de  bewegingsloze en stationaire ether, net zoals geluidsgolven door de lucht.  Omdat de aarde ronddraait, heeft de aarde een relatieve snelheid t.o.v. deze  stilstaande ether. Men redeneerde dat wanneer de lichtsnelheid gemeten zou worden  op het oppervlak van de aarde, deze verschillende resultaten zou moeten geven  wanneer met de wijzers van de klok mee of er tegen in gemeten zou worden t.o.v.  de draaiing van de aarde rond haar as. Het Michelson Morley experiment toonde  echter aan dat de lichtsnelheid dezelfde constante waarde had, ongeacht in  welke richting de lichtsnelheid gemeten werd. Door dit “mislukte” experiment  werd vervolgens aangenomen dat de ether dus niet bestond. De fysica heeft  sindsdien de ethertheorie terzijde geschoven. Vandaag de dag echter geloven  wetenschappers dat de resultaten van het Michaelson-Morley experiment destijds  verkeerd geïnterpreteerd zijn. En  na honderd jaar is de ether dus weer terug in  de fysica. In de nieuwe opkomende fysica worden de Newtoniaanse deeltjes en  kwantummechanische deeltje-golf dualiteit voorgoed uitgebannen. In de nieuwe  etherfysica bestaan  uitsluitend nog  golven! De ether is het medium van de elektromagnetische golven  en er wordt aangenomen dat de ether een immaterieel vloeistofachtig medium is,  een subtiele energetische substantie die het gehele universum doordrenkt. Het  is een bekend feit dat golven een medium nodig hebben om te kunnen golven;  zonder medium geldt dan ook, sorry maar helaas geen golven. Geluid heeft  hiervoor lucht nodig. Bij watergolven is het het water dat golft. Maar om de  een of andere onbegrijpelijke reden sinds het Michaelson-Morley experiment  zogenaamd bewezen had dat de ether niet bestond, accepteerden fysici het feit  dat elektromagnetische golven zich door de lege ruimte kunnen voortplanten, dus  zonder enig medium. Hoe absurd, als er geen medium is, wat golft er dan? Hoe  moet licht zich nu voortplanten als een golfverschijnsel als er niets in om in  zich in voort te planten? De fysica accepteerde dat licht door het absolute  niets kon reizen enkel en alleen omwille van het feit dat het Michaelson-Morley  experiment gefaald had het bestaan van de ether aan te tonen. Een verbazingwekende aanname van de nieuw leven ingeblazen etherfysica is dat er geen dualisme en geen  onderscheid bestaat tussen een materieel en een immaterieel verschijnsel; het  is allemaal energie omdat alles wat bestaat energie is! Materie is dus geen  fundamentele eigenschap van het universum; het is slechts de vorm van de  substantie die de materie vormt. Nu kunnen we eindelijk de beroemde formule van  Einstein E=m * c² een stapje verder voeren en werkelijk gaan inzien wat deze  formule eigenlijk inhoudt! Het is niet zo dat energie en  materie uitgewisseld kunnen worden; welnee, materie=energie, punt uit! In zekere zin is materie dus  een illusie van massiefheid en afgescheidenheid. De Oosterse spiritualiteit  heeft altijd beweerd dat onze wereld Maya is, illusoir.  Hiermee bedoelde ze dat afgescheidenheid niet bestaat; op het fundamentele  niveau van het bestaan bestaat alleen maar eenheid, de eenheid van Brahmaan. Zo  zouden we dus wel eens de Oosterse wijsheid bevestigd kunnen gaan zien in de  moderne wetenschap! Dit is hoe de etherwetenschap het beste omschreven kan worden: 
                    Ons universum  is multi-dimensionaal en gemaakt uit slechts één substantie! Deze substantie  wordt de ether genoemd en is een vibrerende vloeistofachtige  energie die het fysieke vacuüm doordrenkt. Materie zoals we dat kennen wordt op  ieder moment opnieuw gecreëerd als een staande golf, een vortex in  het fysieke vacuüm. Het is het gecondenseerde centrum van deze vortex die de  illusie van een separaat deeltje creëert. Alle materie in het universum is  onderling verbonden omdat de deeltjesvelden reiken tot in de uithoeken van het  universum.                         Golfstructuur van de materie Een  voorloper van de etherfysica is de theorie van de  golfstructuur van materie van Milo Wolff. In 1986 formuleerde Wolff een theorie  die hij de ‘Standing Wave Structure of  Matter’ noemde en  afgekort wordt tot WSM. Onafhankelijk  van Wolff kwam ook Geoff Haselhurst met een staande golf theorie van materie en  de twee hebben elkaar gevonden en werken sinds 1998 samen. De WSM-theorie  is relatief eenvoudig. Zij stelt dat materie het brandpunt is van een staande  golf als gevolg van twee interfererende golven. De ene is een inwaarts  bewegende golf die zich naar het centrum toe beweegt en de andere is een  buitenwaarts bewegende golf die zich van het centrum af beweegt. Deze golven  zijn sferisch of bolvorming en bestaan in de ‘stof’ van de ruimte. Het centrum  van deze twee bolvormige golven is het centrum van het ‘puntdeeltje’. Hoe  eenvoudig het axioma van de theorie ook mag zijn, de eigenschappen die de  staande golven kunnen aannemen zijn immens. Waar alle fysische  wetten in zowel de Newtoniaanse alsmede de kwantumfysica proefondervindelijk zijn vastgesteld, beweert  Milo Wolff nu een theorie te hebben die het a priori  middels theoretische beginselen mogelijk maakt om de wetten van de  relativiteitstheorie en de kwantumfysica te bepalen.
 Indien hij  gelijk heeft, kunnen de oorzaak van de fysische wetten en de eigenschappen van  lading, massa en gravitatie voor het eerst begrepen worden. De fysica is nooit  in staat gebleken om deze te verklaren. Zo weten we nog steeds niet wat  gravitatie nu eigenlijk precies is - ook al kennen we de gravitatiewet sinds  Newton, we weten nog steeds niet wat  zwaartekracht veroorzaakt!
 Snaartheorie  probeert hetzelfde te bereiken als de WSM-theorie, namelijk de integratie van  de kwantumfysica en Einstein’s relativiteitstheorie. In de  mainstream fysica is de snaartheorie de beste poging om een theorie voor alles  te ontwikkelen.  Het golvende  karakter van materie is al 130 jaar eerder door William Clifford  voorgesteld. Hij beweerde dat ‘alle materie  trillingen waren in de stof waaruit de ruimte bestaat’. Helaas namen zijn  collega’s zijn werk niet serieus.
 In de WSM-theorie is materie het interferentiepatroon van de in- en uitgaande  golven. De ingaande golven van een bepaald deeltje zijn de uitgaande golven van  een ander deeltje. Op deze manier wordt alle materie in het universum in stand  gehouden en is dus wederzijds afhankelijk. De in- en uitgaande golven verbinden  alle materie in het universum met elkaar.
 (1)  Subkwantum kinetica Paul La Violette heeft een algemene  systeemtheorie ontwikkeld die hij “subkwan-tumkinetica” noemt. Hij is van  mening dat de fysica het in veel opzichten bij het verkeerde eind heeft, zoals  met de big bang-theorie die ons vertelt dat het universum het gevolg is  van één grote kosmische explosie. Volgens de big bang-theorie is het universum  opgeblazen vanuit een singulariteit, een oneindig gecomprimeerd punt in de  ruimte, tot een volume van wel enkele honderden miljoenen lichtjaren in  diameter in slechts 10־³² seconde! Deze gebeurtenis vereiste dat  alle bekende wetten van de fysica, inclusief de wet van de thermodynamica,  Einstein’s relativiteitstheorie (die bepaalt dat niets sneller dan het licht  kan gaan) tijdelijk even uitgezet werden voor deze feestelijke gebeurtenis,  zodat de geboorte van alle materie en energie kon plaatsvinden vanuit volslagen  niets.  Na dit kortstondige moment  werden de heilige wetten van de wetenschap weer in ere hersteld en sindsdien  staat het universum dan ook niet langer toe dat energie en materie zomaar  gecreëerd kunnen worden uit hetzelfde niets waaruit zij zelf ontstaan zijn  (eerste wet van de thermodynamica). Bij haar geboorte vertoonde het universum  de hoogste graad van organisatie en de fysica schrijft voor dat deze orde langzaam  zal oplossen in wederom complete chaos (tweede wet van de thermodynamica). Wetenschappers  noemen dit de toename van de entropie.  Paul La Violette spreekt deze  wetten niet tegen, integendeel, hij gelooft eenvoudigweg niet dat deze wetten  uitgezet zijn tijdens die eerste fractie van een seconde van de big bang. In zijn boek ‘Genesis of the Cosmos’ noemt hij  nog veel meer problemen die de big bang-theorie kent zoals de verklaring voor  de roodverschuiving van sterren die kosmologen gebruiken als bewijs dat ons  universum sinds de oerknal uitdijt. Men neemt aan dat de roodverschuiving van  de sterren wordt veroorzaakt door het Doppler-effect doordat de sterren zich  van ons weg bewegen gezien vanuit ons referentiepunt. Kosmologen hebben nooit  de alternatieve verklaring van het ‘vermoeide licht’ serieus genomen voor deze  roodverschuivingen. Die stelt dat licht dat miljarden lichtjaren onderweg is  wel eens geabsorbeerd zou kunnen worden door intergalactisch materiaal, waardoor  er energie verloren gaat en een toename van de golflengte optreedt.
 La Violette gelooft dat de kosmologie  uit de Oudheid, die geen last heeft van het singulariteitsprobleem van de big bang,  een beter alternatief vormt. Volgens de kosmologie uit de Oudheid evolueert het  universum over miljarden jaren als gevolg van een continu proces van de creatie  van materie en energie vanuit de ether, de zogenaamde vierde dimensie. “Dit creatieproces is nooit geëindigd en duurt nog  altijd voort”, aldus La Violette. Om zijn beweringen te onderbouwen legt hij  uit dat het universum in beginsel geen gesloten, maar een open systeem is en  dus in staat is om energie en materie te ontvangen vanuit een vierde dimensie  zonder dat de wetten van de thermodynamica in het geding zijn.
 De ether is zogezegd een  niet waar te nemen metafysisch domein, een niet in evenwicht verkerend  transmuteerbaar medium, dat voortdurend fluctueert. Wanneer deze fluctuaties  een kritieke drempel bereiken, kunnen ze een stabiele golfvorm voortbrengen in  ons fysiek waarneembare universum. Pas in 1973 vernamen systeemtheoretici voor  het eerst over het bestaan van chemische oplossingen die in staat waren om  zelforganiserende chemische reacties te creëren die spontaan begonnen te  oscilleren. Deze chemische reacties, zoals bijvoorbeeld de Belousov-Zhabotinski  reactie, zijn in staat om spontaan periodieke zogeheten reactie-diffusiegolven  voort te brengen. De wederkerige chemische reacties die hierbij een rol spelen  oscilleren tussen lage en hoge concentraties van een chemische stof die de  reactie voedt. Laten we aannemen dat de eerste reactie stof X gebruikt om stof  Y te creëren, dan zal de tweede reactie precies de inverse reactie zijn van de  eerste en stof Y gebruiken om stof X weer terug te genereren.  Er vindt op die manier een  constante diffusie van stoffen plaats van gebieden van hoge naar lage  concentraties, waardoor een reactie-diffusiegolf ontstaat. Deze chemische  reacties brengen mooie Mandala-achtige golfpatronen voort wanneer deze in een  petrischaaltje plaatsvinden.  Laten we de metafoor van het  roofdier-prooisysteem gebruiken om te kunnen begrijpen hoe de chemische  reacties eigenlijk beginnen te oscilleren. Stelt u zich voor dat we een  populatie van konijnen hebben die over voldoende voedsel beschikt in de vorm  van sla. Omdat konijnen zich nogal rap voortplanten, zal hun populatie dan ook  snel groeien. Echter in onze kleine gesloten habitat bevinden zich ook vossen  die zich maar al te graag tegoed doen aan de konijnen en daarmee een  ongebreidelde groei van de konijnenpopulatie voorkomt. Omdat de  konijnenpopulatie snel groeit, zal hetzelfde ook gelden voor de  vossenpopulatie. Omdat we echter te maken hebben met een terugkoppellus in ons  systeem, zal er een nieuw evenwicht ontstaan in de habitat; wanneer de vossen  teveel konijnen verorberen zullen ze een voedseltekort creëren en daarmee de  groei van de vossenpopulatie terugbrengen waardoor nu de konijnen weer de kans  krijgen om te overleven. De vos-konijnpopulatie gaat dus oscilleren tussen twee  extremen, een minimum en een maximum, een perfect voorbeeld van een  oscillerende golf.
 Met dit voorbeeld legt Paul La  Violette uit hoe de ether op gelijke wijze  golven zou kan voortbrengen middels twee ethertoestanden, twee verschillende  etherons, die continu muteren van de ene toestand naar de andere en vice versa.  In normale gevallen verkeert de ether in evenwicht als gevolg van de tweede wet  van de thermodynamica. Onder kritische condities kunnen deze ethertransmutaties  echter zelforganiserend worden, net zoals de roofdier-prooigolf, en stabiele  golfpatronen gaan vormen. Deze golfpatronen worden waarneembaar in ons fysieke  universum als elektromagnetische energie, ofwel licht.
 Zijn theorie is getest in een  simulatiemodel, de zogeheten Brusselator en hij gebruikt daarbij twee X- en  Y-ethertoestanden om te bewijzen dat onder kritische  omstandigheden, zelforganiserende oscillaties spontaan kunnen ontstaan. De feitelijke  etherreacties gebruiken nog enkele tussentoestanden die we voor de eenvoud van  het betoog maar weggelaten hebben, de ethertoestanden X en Y zijn de enige die  we hier noemen. Het transmuterende ethermodel van Paul La Violette doet denken aan de  transmutaties van de Chinese Yin en Yang-energieën die genoemd worden in de I  Ching, het Boek der Veranderingen. De I Ching beschrijft de  schepping als het resultaat van cyclische wederzijdse mutaties van Yin en  Yan-energieën. De vrouwelijk Yin-energie transformeert in een eeuwig proces van  fysieke manifestatie naar de mannelijke Yang-energie en vice versa.
 Paul La Violette’s subkwantumkinetica beschrijft perfect  hoe de ether de golven  voortbrengt die wij als licht waarnemen in ons universum. Omdat dit licht een  staande golf vormt die eeuwig aangevuld wordt door etherontransmutaties, nemen  wij dit uiteindelijk waar als kwantummateriedeeltjes.
 Subkwantumkinetica levert  aldus een veel beter alternatief voor de noodzakelijke “in en uit-golven” van  Milo Wollf’s WSM-theorie. Naarmate we vorderen in ons begrip over hoe materie  uit de ether gevormd wordt,  zullen we in de volgende paragrafen zien dat de vibraties die gecreëerd worden  door de ether georganiseerd dienen te worden in vortexconfiguraties om een atoom te kunnen vormen. (2)
 
 
 Vortices in de ether David Thomson en Jim Bourassa  hebben beiden het ‘Quantum EtherDynamics Institute’ opgericht en zijn  onafhankelijk en zelfstandig bezig om een op ether gebaseerd model te  ontwikkelen dat de kwantummechanica, relativiteitstheorie en snaartheorie  integreert. Dit model beschrijft materie als een subatomaire whirlpool, tornado  of vortex in the ether. Ze  noemen deze vortex de Toroidal (A)ether Unit of TAU (Torusvormige Ether  Eenheid). Wanneer deze gecombineerd worden in bolvormige configuraties vormen  zij de nucleus en elektronbanen van het atoom. Kwantum Ether Dynamica stelt dat  de ether zowel mechanische als elektromagnetische eigenschappen heeft. De  mechanische eigenschappen bepalen de massa van de materie, het is de  draai-impuls van wervelende ether energie. Massa is dus de inertie die  gecreëerd wordt door de ethervortices (draaikolken) en  is vergelijkbaar met de inertie die gecreëerd wordt door een draaiende tol. De eeuwigdurende spin van de  ethervortices, die nodig is om de stabiliteit van alle materie in het  universum te onderhouden, wordt de mysterieuze Gkracht of Godkracht genoemd.  Kwantum Ether Dynamica definieert het als een enorme kracht zonder bekende  oorzaak. Ik citeer van hun website:  ‘De Gkracht is een enorme  kracht die zich niet laat vergelijken met enig andere kracht in het universum.  Het is niet wat fysici hopen te vinden (en dit is precies waarom ik denk dat  dit model nooit eerder is voorgesteld), maar de Gkracht lijkt de  oorspronkelijke kracht te zijn waaruit het gehele universum is ontstaan.  Wanneer we het willen vergelijken met de Kracht in Star Wars, dan zouden we er  niet ver naast zitten. Wanneer we deze Gkracht zouden kenmerken als God, of de  Allerhoogste, de Grote Architect van dit universum, dan zouden we er ook niet  ver naast zitten. Wat deze kracht ook mag zijn, het lijkt een levend iets te  zijn en de bron te vormen van alle levende en levenloze dingen.’  (3)   Cymatica
 De Heilige  Geometrie speelt een belangrijke rol in de etherfysica die we  presenteren in dit boek. De reden hiervoor ligt  redelijk voor de hand. Indien het universum namelijk gevormd is uit slechts één  enkele substantie, dan is vorm het middel en de enige manier om de fysieke  wereld te voorzien van schijnbaar afzonderlijke verschijningen van individuele  materiële dingen, omdat de substantie zelf zich niet van zichzelf kan  onderscheiden. Vandaar dat de geometrische vormgeving van de ether de spil  vormt in de totstandkoming van de materiële wereld.
 De relaties  tussen vibraties en geometrie wordt mooi beschreven in het werk van de  Zwitserse arts en natuurwetenschapper Hans Jenny (1904-1972) in een wetenschap die  ‘Cymatica’ heet.
  
 Dr. Hans  Jenny’s  ‘Cymatica’  onderzoek, vibratiesvan een vloeistof met colloïden die een
 stertetraëder weergeeft.
 
                    Wijlen  Buckminster Fuller (1895 - 1983) was echter de eerste om te  ontdekken dat er een relatie tussen muzikale frequenties (de diatonische toonladder)  en geometrische vormen bestaat. Hij gebruikte een ballon ondergedompeld in  blauwe inkt en liet deze trillen met de frequenties van een muzikale toonladder  (de zeven witte toetsen van de piano). Als gevolg van golfinterferenties ontstonden  er zo prachtige tweedimensionale patronen op het oppervlak van de vloeistof.
 Dr. Hans  Jenny’s nam  het werk van Buckminster Fuller als  uitgangspunt. Hij ging verder door testen uit te voeren met staande golven in  vloeistoffen in bolvormige volumes. Tot zijn grote verbazing ontstonden alle Platonische  lichamen, genoemd naar de legendarische  filosoof Plato, als geometrische interferentiepatronen. Wat we zien in het  plaatje hieronder is de stertetraëder die ook voorkomt op de omslag van dit  boek. Indien u het plaatje nauwkeurig onderzoekt dan ziet u misschien de twee  gelijkbenige driehoeken, ééntje omhoog wijzend, de ander omlaag. Samen vormen  zij het symbool dat bekend staat als de joodse Davidster, maar bedenk dat deze driehoeken in de  ruimtelijke werkelijkheid tetraëders zijn, driezijdige piramiden.
 
 
 Davidster
 De witte  gebogen en rechte lijnen in de foto zijn de plaatsen waar de vibraties elkaar  opheffen. Het zijn de knooppunten, de rustplaatsen waarnaar de colloïden die  opgelost zijn in de vloeistof hun toevlucht nemen wanneer de vloeistof in  trilling wordt gebracht. De geometrische patronen zijn het gevolg van  golfinterferentie. Wanneer de uitgaande golven vanuit het centrum van de bol de  de door het oppervlak van de bol gereflecteerde golven ontmoeten, vormen zich  staande golven.
 Plato legde  in zijn boek Timaeus uit dat de Platonische lichamen de basis zijn waaruit materie geconstrueerd is  en dat deze kennis afkomstig was van het legendarische Atlantis.
 We hebben nu  zelfs het bewijs dat de mensheid van het bestaan van de Platonische lichamen op de hoogte was nog voor Plato. In het  Ashmolean Museum in Oxford bewaart men namelijk alle vijf de Platonische  lichamen en sommige semi-reguliere vormen die beschreven zijn door Pythagoras.  Gebeiteld uit steen, worden deze Platonische lichamen op een leeftijd van  tenminste duizend jaar voor Plato geschat. Deze stenen zijn in Brittannië  gevonden en zijn afkomstig van het Neolithische volk, een cultuur die volgens  onze huidige mening niet het wiskundige inzicht had van deze vormen, maar het  feit wil dat ze deze toch hebben uitgebeiteld uit steen! Welnu, is  het niet verrassend dat een trillende vloeistof deze vormen kan creëren en dat  deze vormen in 400 v.Chr. al door Plato beschreven zijn? Het geheim van de Heilige  Geometrie is dan ook niet de geometrie zelf maar het feit dat vibraties  geometrische patronen kunnen aannemen!De Heilige  Geometrie is door de geschiedenis binnen de vrijmetselarij bewaard  omdat men aannam dat het om belangrijke informatie ging die de geheimen van het  universum prijsgaven. Hedendaagse wetenschappers vertellen ons dat in feite de  gehele schepping het gevolg is van ethervibraties, net  zoals de Oosterse hindoeïstische kosmologie altijd gesproken heeft over de Ohm-klank  van Brahmaan als de vibratie die de fysieke wereld schept. Daniel Winter en David Wilcock interpreteerden deze Cymatica-experimenten  en beiden zijn het er over eens dat de Platonische interferentiepatronen ook  voorkomen in de ether en dat het deze interferentiepatronen zijn die  het atoom vormgeven. De Egyptenaren noemden materie “bevroren muziek” en als  materie inderdaad het resultaat is van muzikale vibraties van de ether zoals de experimenten van de Cymatica doen vermoeden, dan begrijpen we nu ook waarom.   Implosiefysica  Daniel Winter presenteert een  fysica die hij “implosiefysica” noemt. Hij concludeert dat het gehele  universum, de materiële wereld, gecreëerd wordt uit een niet-materiële  substantie, de ether. De ether is een soort supergeleidende vloeistof die  door alle fysieke objecten heen vloeit. Het ethervacuüm is een extreem dicht  maar tevens wrijvingsloos medium. Het beste laat de ether, die zelf niet  materieel van aard is, zich vergelijken met de supergeleidende toestand van  helium. Wanneer helium afgekoeld wordt tot een temperatuur van 2 graden Kelvin  wordt het gas supervloeibaar, wat wil zeggen dat objecten zich door deze  vloeistof heen kunnen bewegen zonder enige weerstand te ondervinden.  Daniel Winter meent nu dat  vortices, kleine tornado’s in de vloeistofachtige ether, de basale  bouwblokken vormen van de materie. Omdat de ether een soort vloeistof is, volgt  hieruit dat de bekende fysische wetten van de hydrodynamica er op van  toepassing zijn.Het is  interessant te weten dat in 1895 twee helderzienden onder de namen Charles  Leadbeater en Annie Besant een artikel in een tijdschrift getiteld ‘Occulte  Chemie’ publiceerden waarin de interne structuur van waterstof, zuurstof en  stikstof uitgelegd werd. Gebruikmakend van hun helderziendheid als het enige  instrument van hun onderzoek, openbaarden zij de interne structuur van  bovengenoemde elementen. Deze helderzienden hadden geen enkele wetenschappelijke  achtergrond, terwijl ze de volgende torusvormen  tekenden en verklaarden dat dit de basale bouwblokken zijn van het atoom:  
 De  Anu Ze noemden deze torusachtigechtige stromingen  de ‘Anu’ en vermeldden dat het atoom gevormd wordt uit de ether gebruikmakend van deze Anu als een  stromingsvorm van de ether. (4)
 Daniel Winter ondersteunt nu de  idee van deze twee helderzienden en gebruikt de torusvorm uit deze observaties tezamen met de Platonische  lichamen om het atoom samen  te stellen. Volgens Daniel Winter creëert de ether vortices, kleine tornado’s van een wervelende  spiraliserende energie in de oceaan van ether, ons universum. De vortices in de  ether zijn als de kleine draaikolken in een rivier. De draaikolk is de  natuurlijke stromingsvorm van een vloeistof. Dezelfde draaikolk ontstaat iedere  keer wanneer we de plug uit ons bad trekken!
 Wanneer twee van deze ethervortices hun slurven  samenvoegen, vormen ze een torus:
   
 Enkelvoudige  ether draaikolk(Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
   
 Double vortex = 
                  Torus(Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
 De torus is een unieke  stromingsvorm in de hydrodynamica, het staat vloeistoffen toe om binnenwaarts  en buitenwaarts te spiraliseren op hetzelfde oppervlak van de torus. Het is een  zeer stabiele stromingsvorm. Wanneer het universum in  essentie gecreëerd wordt uit één universele substantie, de ether, dan moet het wel de vorm zijn die gebruikt wordt om  verschillende en gescheiden dingen te creëren uit deze éne universele  substantie. De torus is in de natuur  een perfecte stromingsvorm om blijvende, schijnbaar gescheiden entiteiten te  creëren in een vormloze ether.   De torusstroming is vergelijkbaar met de rookkringen van een  sigaar. De rook van een sigaar dwarrelt inwaarts boven aan de rookkring en komt  er aan de onderkant van de ring weer uit. Zij buigt zich constant inwaarts om  aan de andere kant weer te voorschijn te komen nu buitenwaarts stromend. De  torus is vaak vergeleken met de vorm van een donut of een appel. Het is een  bolvormige vorm die bij de polen naar binnen is gevouwen om een klein gat in  het midden te vormen. De individuele ethertorusvormen kunnen op elkaar gestapeld worden, ofwel genest  worden. Het nesten van torusdonuts vereist dat de slurven van de vortices van de torus  uitgelijnd worden met de Platonische lichamen.  De vlakke bodem van de  draaikolkslurf dient het vlak van het Platonisch lichaam te raken. Als  voorbeeld laten we een kubus zien die 3 draaikolkparen van 3 torus- donuts bevat die  loodrecht t.o.v. elkaar uitgelijnd zijn in een kubus.  
         Kubus  (3 donuts)               
                    (Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com) Welnu, we herinneren ons misschien van de Kubus van Metatron dat de Platonische  lichamen zelf ook genest kunnen worden, ze passen  allemaal in elkaar. Laten we de kubus als voorbeeld nemen. Wanneer we lijnen  trekken om alle middelpunten van de 6 vlakken van de kubus te verbinden, dan  vormen deze op hun beurt weer een octaëder. De octaëder wordt volledig  omschreven door de initiële kubus. Hetzelfde proces kan nu herhaald worden met  de octaëder door de middelpunten van de vlakken van de octaëder onderling te  verbinden. Het resultaat is een kubus die nu geheel omschreven wordt door de  octaëder. Dit proces kan voor eeuwig doorgaan, steeds kleinere Platonische lichamen  creërend die perfect genest in elkaar passen, het creëert een fractal, een repeterend geometrisch  patroon.     
 Geneste Platonische vormen(Met dank aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
 Het nesten van de Platonische lichamen blijft niet beperkt tot de kubus en de octaëder. Alle Platonische  lichamen kunnen in elkaar genest worden. Het is het nesten van de Platonische  lichamen dat uiteindelijk de elektronenschillen schept in het atoom. Op  dezelfde manier, maar op kleinere schaal, komt de kern van het atoom tot stand. De elektronen in de elektronenschil  corresponderen met de vortices die genest zijn in Platonische  lichamen. Volgens Daniel Winter heeft de fysica het bij het verkeerde eind  gehad door deze draaikolkgolfvormen aan te zien voor elektronendeeltjes. Binnen  het atoom draaien de elektronen in een baan met een vaste afstand van de kern.  De bol die het omwentelingsvlak van de elektronen beschrijft, wordt de  elektronenschil genoemd. Er zijn verschillende soorten schillen die tezamen het  atoom vormen en die de namen s-, p-, d- en f-schil gekregen hebben en die  respectievelijk maximaal 2, 6, 10 en 14 elektronen kunnen bevatten. Elk draaikolkpaar in de donut correspondeert met 2 elektronen en wanneer we  de donut organiseren binnen een Platonische of Archimedisch lichaam krijgen we het  equivalent van een elektronenschil. Hier volgt de correspondentie: 1 draaikolkpaar (1 torus) correspondeert met de 2 elektronen in  de s-schil.3 geneste draaikolkparen in de kubus corresponderen met de  6 elektronen van de p-schil.
 5 geneste draaikolkparen in de decahedron corresponderen met de 10  elektronen van de d-schil. * zie notitie
 7 geneste draaikolkparen van de kuboctaëder corresponderen met de 14 elektronen van de  f-schil. * zie notitie
 *   In  eerdere versies van dit boek werd vermeld dat de d-schil met 10 elektronen  overeen kwam met de dodecaëder en de f-schil met zijn 14 elektronen met de  icosaëder. Deze informatie is onjuist gebleken, daar de dodecaëder 12 vlakken  kent en geen 10, en de icosaëder 20 vlakken heeft i.p.v 14. De decahedron en  kuboctaëder zijn halfregelmatige veelvlakken en daarom geen Platonische, maar  Archimedische lichamen. Een kuboctaëder kan verkregen worden uit een kubus,  door de middelpunten van de zijden van de kubus onderling te verbinden. De  ribben die zo ontstaan zijn de ribben van de kuboctaëder. De vlakken van de  kuboctaëder bestaan uit driehoeken en rechthoeken wat het veelvlak onregelmatig  maakt.   
 De kuboctaëder (Archimedisch lichaam) van de f-schil. Materie is dus een stabiele  stromingsvorm die opduikt uit de ether. Het neemt geometrische vormen aan uit deze vormloze  energie, waarbij het de illusie schept van gescheiden elektronen en  kerndeeltjes die zouden voorkomen in het atoom. De mainstream fysica is nooit  in staat geweest om uit te leggen waarom het atoom deze willekeurige getallen  van 2, 6, 10 en 14 elektronen telt in zijn elektronenwolken, de orbitale banen  rond de kern. Daniel Winter’s atoommodel toont nu feilloos aan waarom deze getallen  opduiken in de periodieke tabel van de elementen. Deze getallen zijn namelijk  gerelateerd aan de geometrische eigenschappen van de Platonische lichamen! Voor het eerst begrijpen we ook waarom het elektron  niet naar de kern terugvalt en waarom haar uitgestraalde energie steeds wordt  aangevuld.  Elektronen zijn dus geen  deeltjes die rondjes draaien om de kern, maar daarentegen staande golfpatronen volgen  op discrete afstanden van de kern! De ether houdt deze staande  golven simpelweg eeuwig in stand. Een andere manier om de torusvorm te bekijken is om deze te beschouwen als een vorm  die perfect kan worden beschreven door een verzameling van Phi- spiralen.  
 Geneste Phi spiralen op donut oppervlak        Elke Phi-spiraal is eigenlijk een serie pure sinusgolven. Het is  een bekend principe in de natuurkunde dat elke complexe golfvorm gecreëerd kan  worden uit de sommatie van eenvoudigere pure sinusgolven van verschillende  frequenties en amplitudes. Dit principe wordt het Fourier-principe genoemd. De  Phi-spiraal wordt aldus samengesteld uit een serie van harmonischen met  golflengten die voldoen aan de Gulden snedeversie van de Fibonacci-reeks: 
 Wanneer pure sinusgolven met  golflengten van 1/ Ф,  1,  Ф,  Ф  ²,  Ф ³   etc. bij elkaar gevoegd worden, dan vormen zij de perfecte Phi-spiraal:  
 Gulden Snede golven(Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
 Wanneer deze Phi-spiralen om de torus rondcirkelen en elkaar ontmoeten, dan  interfereren zij met elkaar. Het gevolg van deze interferentie is dat er zich  twee nieuwe golven vormen. Het is nu belangrijk te weten dat beide nieuwe  golven een golflengte zullen hebben die wederom in de Fibonacci-reeks passen. Dit maakt het mogelijk  dat de interferentie non-destructief zal zijn omdat de interferentie  eenvoudigweg resulteert in meer harmonischen in de Fibonacci-reeks. Terwijl destructieve  interferentie de norm is in golfinterferenties, is de enige uitzondering op  deze regel in de natuur wanneer golven interfereren met de Gulden snede-ratio  in golflengte. Met andere woorden: de Phi-spiraal kan in zichzelf opgaan rond de torusvorm zonder zichzelf te vernietigen. Daarmee is de  Phi-spiraal de enige mogelijkheid in het universum om te nesten en  zelforganiserend te worden. Dit is de manier waarop stabiele materie gevormd  kan worden uit elektromagnetische energie als een verschijnsel van pure  golfinterferentie.                     Elektromagnetische energie in een rechte lijn  noemen we gewoonlijk licht. Wanneer datzelfde licht haar eigen staart najaagt  over het oppervlak van een torusvorm, noemen we het materie. Met andere woorden:  het atoom is pure elektromagnetische energie in een vorm die we niet langer  waarnemen als licht maar als materie. Of om het in Daniel Winter’s eigen woorden te zeggen:
 ‘Dus nu hebben we dit dualisme dat golven in  een rechte lijn energie zijn en golven in een cirkel materie heten. En omdat we  niet weten hoe de golf in de cirkel terechtgekomen is vanuit de lijn en er weer  uit komt, stellen we ons massa verschillend van energie voor. E=MC^2 zegt  eenvoudig dat, ja; voer de snelheid van het licht terug naar zichzelf en je  hebt materie uit energie gemaakt’
 
 De Gulden snede-spiralen  van de torusvorm spiralen  uiteindelijk naar een perfect nulpunt in de kern van de draaikolk die  overeenkomt met de kern van het atoom. Dus deze sinusgolven imploderen met  toenemende kortere golflengten. De implosie van de Gulden sinusgolven in steeds  kleiner wordende golflengten verhoogt niet alleen de frequentie van de golven,  maar verhoogt ook de snelheid van de golven om uiteindelijk sneller dan het  licht te gaan. Volgens Daniel Winter is dit precies wat gravitatie in werkelijkheid  is: de waterval van elektromagne-tische Gulden snede sinusgolven die steeds  meer in snelheid winnen om uiteindelijk supraluminaal te worden (sneller dan  het licht). Einstein heeft altijd verondersteld dat elektromagnetisme en  gravitatie gerelateerd waren en Daniel Winter legt ons nu uit hoe deze relatie  precies zit.
 
 (Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)  Wanneer de  donuts genest worden om de elektronenschillen van het atoom te vormen, is het  enige wat nodig is om deze vorm van non-destructieve interferentie te vormen,  dat de donuts uitgelijnd worden volgens de geometrie van de Platonische  lichamen. Wanneer de  geneste donuts in het atoom gerangschikt worden volgens de symmetrie van de Platonische  lichamen, haasten zich alle golven naar het centrum van het  atoom, waardoor repetitieve, recursieve en fractalpatronen ontstaan die niet alleen de elektronenschillen  vormen maar ook de kern van het atoom zelf. Uiteindelijk verdwijnen de  fractalpatronen in het nulpunt van de kern van het atoom. De implosie van de  elektromagnetische golven in steeds kortere golflengten is wat gravitatie  eigenlijk is. De torus is min of meer een miniatuur  zwart gat dat het licht naar zich toe trekt en zo gravitatie creëert. De  harmonische golfcycli die de Gulden Snederatio volgen, de Phi-cycli, zouden wel eens de oorsprong van het woord fysica  (phi cycli, Eng: phi cycles)  kunnen  zijn. Fysica zou dan de studie van de phi-cycli zijn. (5) Dr. Moons atoommodel
 Een alternatief model voor het atoommodel volledig  gebaseerd op Platonische lichamen (regelmatige veelvlakken), is afkomstig van  professor Dr. Robert J. Moon van de universiteit van Chicago. In dit model  worden de protonen van de kern van het atoom volledig gesitueerd op de  hoekpunten van de Platonische lichamen waaruit de kern is opgebouwd. De  Platonische lichamen die Dr. Moon onderkent zijn steeds dubbelparen, zoals de  kubus en de octaëder, icosaëder en de dodecaëder. Dr. Moons model van het atoom  is geïnspireerd op het model dat Kepler maakte van ons zonnestelsel m.b.v.  Platonische lichamen.  Kepler’s  Platonische voorstelling van ons zonnestelsel.
 Bij de opbouw van het atoom, worden enkel de kubus, octaëder,  icosaëder en de dodecaëder gebruikt, te beginnen met de kubus voor het eerste  element waterstof. Waterstof (H 1) heeft maar 1 proton en 1 elektron, en dit ene  proton neemt de plaats in op 1 hoekpunt van de kubus. Het volgende element uit  de periodieke tabel der elementen is helium met atoomnummer 2 en heeft dus twee  protonen. De structuur van het atoom voor helium (He 2) is dat deze een kubus  gebruikt waarbij twee hoekpunten van de kubus bezet zijn. Pas bij zuurstof (O  8) met atoomnummer 8 is de kubus volledig bezet met op ieder hoekpunt een  proton. Het volgende Platonische lichaam dat zich nest binnen de kubus in de  atoomkern is de octaëder. De hoekpunten van de octaëder raken hier het centrum  van de vlakken van de kubus. De octaëder heeft 6 hoekpunten en genest in de  kubus met 8 hoekpunten is het eerst volgende element dat zowel kubus als  octaëder bezet heeft met protonen, het element met atoomnummer 14 (6 + 8) te  weten silicium (Si 14).  Het eerst volgende Platonische lichaam dat zich nest in  de kern in de twee voorgaande Platonische lichamen is de icosaëder met 12  hoekpunten. Het element dat de icosaëder volmaakt met 12 protonen heeft  atoomnummer 14 + 12 = 26. Dit is ijzer (Fe 26). Hierna volgt de dodecaëder met  20 hoekpunten. Het element dat deze Platonische figuur volmaakt heeft dus 20 +  26 = 46 protonen, ofwel atoomnummer 46. Dit is het element Palladium (Pd 46). Hierna  volgt een tweede nesting van de Platonische lichamen die tegen de eerst aan plakt.  Deze structuur herhaalt zich dus, maar is dit maal niet genest. 
 Periodieke tabel  der elementen Het bijzondere nu van Moon’s model is dat de Platonische  lichamen exact overeenkomen met de periodiciteit van de elementen. De Duitse  wetenschapper Lothar Meyer en de Russische wetenschapper Dmitri Mendelejev gebruikte  namelijk de periodiciteit in atoomvolume uitgezet tegenover het atoomnummer om  de periodieke tabel der elementen samen te stellen. De atoomnummers die de  groepen (horizontale rijen in de periodieke tabel) vormen zijn de atoomnummers  3, 11, 19, 37, 55 en 87. Dit zijn de atoomnummers met het grootste atoomvolume  uitgedrukt als een coëfficiënt van atoomgewicht / dichtheid van het atoom. De  atoomnummers met het minimale volume komen overeen met de atoomnummers 8, 14,  26, 46. De eigenschappen van elementen zoals samendrukbaarheid en smeltpunt  volgt dezelfde periodiciteit van deze laatste atoomnummers.   
 Periodiciteit  van de elementen (verticaal volume / horizontaal atoomnummer) Moon’s atoommodel kan deze periodiciteit in de tabel der  elementen m.b.t. het minimale volume van het atoom verklaren uit het feit dat  dit de atoomnummers van de elementen zijn die overeenkomen met het ‘vollopen’  van de kubus (8 protonen op 8 hoekpunten), kubus + octaëder (14 protonen, op in  totaal 14 hoekpunten), kubus + octaëder + icosaëder (26 protonen op in totaal  26 hoekpunten) en kubus + octaëder + icosaëder + dodecaëder (46 protonen op in  totaal 46 hoekpunten). De atoomnummers waarbij het atoom een maximaal volume  bereikt, atoomnummers 3, 11, 19, 37, 55 en 87 zijn daarentegen te verklaren uit  het feit dat deze corresponderen met het ‘vollopen’ van zowel de protonen als  de neutronen die de Platonische lichamen van de kern bezetten. In een paper uit  1988 doet Laurence Hecht een voorstel voor de distributie van de neutronen als  aanvulling op het model van Dr. Moon. Hecht was op zoek naar een verklaring  voor de zogeheten magische nummers 2, 8, 20, 28, 50, 82, 126 ontdekt door  natuurkundige Maria Goeppert-Mayer. Goepert-Mayer ontdekte dat bij deze nummers  wanneer deze ofwel het atoomnummer (Z) vormde van het atoom, ofwel het aantal  neutronen (N) ofwel het atoomgewicht (A) van het element, dat er abrupte  sprongen plaatsvonden in de tabel der elementen. Deze elementen vertonen uitzonderlijke  eigenschapen in relatie tot hun buurelementen met een lager of hoger magisch  nummer. Het moet uitdrukkelijk gezegd worden dat de magische nummers geen  wetmatigheid vormen, maar een tendens lijken uit te drukken. De magische nummers kunnen volgens Hecht verklaard worden  door neutronen in het atoom die de geometrie van de Platonische lichamen  volgen. Hiertoe introduceert Hecht naast de kubus, octaëder, icosaëder en dodecaëder  ook de tetraëder in het atoommodel van Dr. Moon. Het bleek al snel dat de geometrie  afgeleid kon worden door het verschil tussen magische nummers te nemen. De nummers  8 – 2 = 6 komen overeen met de zes zijden van de tetraëder. Het verschil 20 – 8  = 12 komt overeen met de twaalf zijden van de kubus, 50 – 20 = 30, het aantal  zijden van de icosaëder. In Hecht’s model nemen de neutronen dan ook de positie  in, in het centrum van de zijden van de Platonische lichamen, terwijl de  protonen de hoekpunten bezetten. Hecht introduceert als kleinste geometrie het  alfa deeltje, een tetraëder die als dubbel voorkomt in een tetraëder. 
  Alfa deeltje,  tetraëder binnen een tetraëder
 Volgens Hecht bestaat de  helium kern uit een tetraëder met twee protonen op de hoekpunten en twee  neutronen in het middelpunt van twee zijden. Bij het volgende element lithium  (Li 3) blijven de neutronen op hun plaats, maar verplaatsen de protonen zich  naar de hoekpunten van de kubus. De kern van lithium bestaat uit een tetraëder  ingesloten door een kubus. Hieronder volgt de neutronverdeling in het  atoommodel volgens Laurence Hecht.  
                    
                    
                      | 
                      Neutronen    verdeling volgens Laurence Hecht |  
                      | Element | N | Αlfa | Tetra | Kubus | Octa | Icosa | Opmerking |  
                      | 2-He-4 | 2 |   |   |   |   |   |   |  
                      | 3-Li-7 | 4 | 2 | 2 |   |   |   | Start periode |  
                      | 4-Be-9 | 5 | 2 | 3 |   |   |   |   |  
                      | 5-B-10 | 5 | 2 | 3 |   |   |   |   |  
                      | 6-C-12 | 6 | 2 | 4 |   |   |   |   |  
                      | 7-N-14 | 7 | 2 | 5 |   |   |   |   |  
                      | 8-O-16 | 8 | 2 | 6 |   |   |   | Proton schil vol |  
                      | 9-F-19 | 10 | 4 | 6 |   |   |   |   |  
                      | 10-Ne-20 | 10 | 4 | 6 |   |   |   |   |  
                      | 11-Na-23 | 12 | 4 | 6 | 2 |   |   | Start periode |  
                      | 12-Mg-24 | 12 | 4 | 6 | 2 |   |   |   |  
                      | 13-Al-27 | 14 | 4 | 6 | 4 |   |   |   |  
                      | 14-Si-28 | 14 | 4 | 6 | 4 |   |   | Proton schil vol |  
                      | 15-P-31 | 16 | 4 | 6 | 6 |   |   |   |  
                      | 16-S-32 | 16 | 4 | 6 | 6 |   |   |   |  
                      | 17-Cl-35 | 18 | 4 | 6 | 8 |   |   |   |  
                      | 18-Ar-40 | 22 | 4 | 6 | 12 |   |   |   |  
                      | 19-K-39 | 20 | 4 | 6 | 10 | 0 |   | Start periode |  
                      | 20-Ca-40 | 20 | 4 | 6 | 10 | 0 |   |   |  
                      | 21-Sc-45 | 24 | 4 | 6 | 12 | 2 |   |   |  
                      | 22-Ti-48 | 26 | 4 | 6 | 12 | 4 |   |   |  
                      | 23-V-51 | 28 | 4 | 6 | 12 | 6 |   |   |  
                      | 24-Cr-52 | 28 | 4 | 6 | 12 | 6 |   |   |  
                      | 25-Mn-55 | 30 | 4 | 6 | 12 | 8 |   |   |  
                      | 26-Fe-58 | 30 | - | 6 | 12 | 12 |   | Proton schil vol |  
                      | 27-Co-59 | 32 | - | 6 | 12 | 12 | 2 |   |  
                      | 28-Ni-59 | 31 | - | 6 | 12 | 12 | 1 |   |  
                      | 29-Cu-64 | 35 | - | 6 | 12 | 12 | 5 |   |  
                      | 30-Zn-65 | 35 | - | 6 | 12 | 12 | 5 |   |  
                      | 31-Ga-70 | 40 | - | 6 | 12 | 12 | 10 |   |  
                      | 32-Ge-73 | 41 | - | 6 | 12 | 12 | 11 |   |  
                      | 33-As-75 | 42 | - | 6 | 12 | 12 | 12 |   |  
                      | 34-Se-79 | 45 | - | 6 | 12 | 12 | 15 |   |  
                      | 35-Br-80 | 45 | - | 6 | 12 | 12 | 15 |   |  
                      | 36-Kr-84 | 48 | - | 6 | 12 | - | 30 |   |  
                      | 37-Rb-85 | 48 | - | 6 | 12 | 12 | 18 | Start periode |  
                      | 38-Sr-88 | 50 | - | 6 | 12 | 12 | 20 |   |  
                      | 39-Y-89 | 50 | - | 6 | 12 | 12 | 20 |   |  
                      | 40-Zr-92 | 52 | - | 6 | 12 | 12 | 22 |   |  
                      | 41-Nb-93 | 52 | - | 6 | 12 | 12 | 22 |   |  
                      | 42-Mo-96 | 54 | - | 6 | 12 | 12 | 24 |   |  
                      | 43-Tc-98 | 55 | - | 6 | 12 | 12 | 25 |   |  
                      | 44-Ru-101 | 57 | - | 6 | 12 | 12 | 27 |   |  
                      | 45-Rh-103 | 58 | - | 6 | 12 | 12 | 28 |   |  
                      | 46-Pd-106 | 60 | - | 6 | 12  | 12 | 30 | Proton schil vol |  Neutronen  verdeling volgens Laurence Hecht volgt de Heilige Geometrie In bovenstaande tabel staat kolom N voor het aantal  neutronen in het element. Het eerste cijfer voor het element is het  atoomnummer, het cijfer achter het element staat voor het massagetal (aantal  protonen+neutronen). De tabel hierboven is niet uitputtend, maar gaat slechts  tot atoomnummer 46, waarbij dus de hoekpunten van de kubus + octaëder +  icosaëder + dodecaëder volledig bezet zijn met protonen. Met deze neutronen verdeling van Hecht als aanvulling op  het model van Dr. Moon, kunnen de magische nummers 2, 8 ,20, 28 verklaard  worden. Het eerste magische nummer 2 is het eerst atoomnummer van helium,  waarbij voor het eerst het alfa deeltje met 2 neutronen bezet wordt. Het  magische getal 8 komt overeen met het vollopen van protonen in de kubus. Het  magische getal 20 komt overeen de start van een periode; kalium (19-K-39) en  calcium (20-Ca-40) hebben dezelfde atoommassa, en vormen daarom feitelijk beiden  de start van een nieuwe periode. Maar met scandium (21-Sc-45) begint de vulling  van de octaëder voor de neutronen (met 2 neutronen in de octaëder). Bij het  magische getal 28 (28-Ni-59) begint de vulling van de icosaëder voor de  neutronen (met 1 neutron in de icosaëder). De heilige geometrie die terug te vinden is in het Moon/Hecht  atoommodel op basis van de Platonische lichamen, maakt dat eigenschappen zoals volume,  smeltpunt, samendrukbaarheid en de magische nummers van de elementen hiermee verklaard  kunnen worden. Tot op heden is er geen ander model bekend dat een verklaring  kan geven voor het bestaan van deze magische nummers.  Voegen we hieraan toe Daniel Winter’s visie dat de  elementaire deeltjes als elektronen, protonen en neutronen slechts draaikolken  of vortici zijn in de ether, en het Moon/Hecht model kan gezien worden als  geneste Gulden snede vortici waarbij voor de protonen en neutronen geldt dat de  vlakke bodem van de draaikolkslurf ligt op een hoekpunt van het Platonische  lichaam. Met deze heilige geometrie in de kern van het atoom, imploderen de Gulden  snede golven dus tot in de kern volgens de wetten van de Heilige Geometrie.(5a)
  Universeel principe Het  repetitieve in elkaar passende patroon van de Platonische lichamen zijn fractals. Een  fractal is een repetitief  patroon dat geschaald kan worden naar iedere grootte. De schaalgrootte kan  veranderen, maar de ratio blijft constant.  De fractalpatronen die het atoom scheppen, scheppen ook de planeten  en sterren en in feite ons hele universum, aldus Daniel Winter.  Een fractal komt met zichzelf  overeen op elke schaal, het is een herhaald geometrische patroon. De binnenste  structuur van een fractal wordt gereflecteerd in de buitenste structuur.  Fractal betekent “een fractie van het geheel”, hiermee aangevend dat ieder stuk  een deel van het geheel is. Het is het basisidee van een hologram en het is om  deze reden dat volgens Daniel Winter het universum een  superhologram is. De fractals van elektromagnetische energie verbinden alles  met alles in het universum en zijn de basale bouwstenen van dit hologram. De  fractal repetitieve  structuren van elektromagnetische energie weven zo een gigantisch web door het  gehele universum.          De  golflengten van planeten en sterren mogen dan groot zijn in vergelijking met de  golflengten van atomen, het feit blijft dat wanneer hun beider golflengten  passen in de Fibonacci-reeks van de Gulden snede, deze vervolgens  non-destructief interfereren, ze imploderen en vormen een fractal-attractor die we zwaartekracht noemen! Dit is hoe  de planeten en sterren onderling verbonden zijn door imploderende  elektromagnetische golven die wij ervaren als zwaartekracht. Indien het  universum in essentie een hologram is en er maar één principe is dat alles vorm  geeft, van de atomen tot de planeten en sterren en uiteindelijk het gehele  universum, dan zouden we bewijzen moeten vinden van deze vortices, Platonische lichamen en donutstructuren  in alle delen van het universum.  Dit  holografische principe van het universum werd voor het eerst genoemd door de  oude Griek Hermes Trismegistus en is bekend als  één van de hermetische principes, ‘zo boven, zo beneden, zo beneden, zo boven’.  Wat Hermes hiermee bedoelde was dat er correspondentie bestaat tussen de  verschillende bestaansniveaus, de macrokosmos en de microkosmos. Dit hermetisch  principe vertelt ons dat wat we daarbuiten zien in het universum, in de melkwegstelsels, de sterren en de planeten, we ook terugvinden  op een kleinere schaal binnen in de atomen. De vraag is  dus of er bewijs bestaat dat de geldigheid van het hermetisch principe in ons universum kan bevestigen?  Het  antwoord hierop is: ja, dat is er. Het verbazingwekkende feit doet zich  namelijk voor dat recente ontdekkingen aantonen dat het hermetisch principe en  de heilige geometrie die ermee gepaard  gaat, aangetoond kan worden in zowel de theoretisch niet waarneembare  subatomaire vortices van de atomen, als  in de reëel waarneembare grootste draaikolken ter wereld, die van orkanen!  Richard C. Hoagland en David Wicock ontdekten  namelijk de pentagonale en hexagonale structuren in het oog van de gewelddadige  categorie 4 en 5 (Saffir-Simpson schaal) orkanen die de Verenigde Staten  bedreigd hebben in de afgelopen paar jaar. Satellietfoto’s laten mooi het  vijfspaaks wiel zien in het oog van sommige van deze orkanen. De satellietfoto  hieronder toont het pentagram in het oog van de orkaan van September 2003, die  Isabel werd gedoopt. 
 Vijfzijdige pentagram in de orkaan Isabel Wilcock en Hoagland theoretiseren in hun  hyperdimensionale fysica dat orkanen van de 4e en 5e categorie een  interdimensionale poort openen naar een hogere dimensie die het mogelijk maakt  dat de etherenergie naar onze fysieke dimensie stroomt. Deze fysieke  energie in de vorm van torsiegolven (die later in dit  hoofdstuk besproken zullen worden) creëren staande golven net zoals de golven  in Dr. Hans Jenny’s Cymatica-experimenten. Ze vormen de verklaring voor de waargenomen  pentagonale en hexagonale patronen in het oog van orkanen. We zouden deze  hyperdimensionale etherstructuren nooit ontdekt hebben in het mechanisme van  een orkaan wanneer de waterdamp in de wolken zich niet zou rangschikken volgens  deze interferentiepatronen. Wilcock en Hoagland geloven dat orkanen zich niet  enkel en alleen voeden door middel van de conventionele convectiestromen die  het gevolg zijn van het warme oceaanwater en de koelere lucht erboven, maar dat  orkanen ook antigravitatie-effecten ervaren in hun slurven als gevolg van deze  torsiegolven. Het resultaat is dat de wolken die het pentagram vormen boven op  de top van de orkaan, hoger liggen dan normaal. Het anti-zwaartekrachteffect  wordt significant versterkt en gaat gepaard met de formatie van het pentagram,  enkel en alleen wanneer de interne windsnelheden van de orkaan zich opbouwen  tot de extreme categorieën 4 en 5 op de Saffir-Simpson schaal.  Volgens Daniel Winter is de vorm van het  pentagram die we in een tweedimensionale satellietfoto zien in werkelijkheid  een driedimensionale dodecaëder en de hexagonale vorm stelt het bovenaanzicht  voor van een icosaëder. Winter heeft een enigszins afwijkende interpretatie van  de Heilige Geometrie die we zien in deze orkanen, volgens Winter zijn de  geneste fractalstructuren van de dodecaëder en de icosaëder het gevolg  van de imploderende elektromagnetische golven in het oog van de orkaan. Deze  elektromagnetische golven worden onttrokken aan de zwaartekracht, zo legt Winter uit, omdat zwaartekracht en  elektromagnetisme gerelateerde fenomenen zijn. Orkanen en tornado’s zijn  berucht om hun anomalieën m.b.t. elektromagnetische effecten zoals  donderschichten en schijnende lichten in de slurf van deze stormen. Het is een  anomalie omdat orkanen en tornado’s geen onweersbuien zijn. Dus het lijkt er nu  op dat de natuur ons een reëel waarneembaar fenomeen verschaft dat ons in staat  stelt om orkanen te bestuderen als de hermetische tegenhanger van dezelfde  vortices die het atoom  vormgeven. De donutvorm, die feitelijk samengesteld is uit twee  vortices, komen we ook tegen  in de macroscopische wereld. Tot haar verbazing gaf NASA in de zomer van  2004 nieuwe informatie vrij over ontdekkingen die gedaan zijn met de European  Space Agency observatoria de INTEGRAL en XMM-Newton. Ze hadden ontdekt dat de zogeheten zwarte gaten in ons  universum eigenlijk formaties zijn met een donutvorm! Zwarte gaten zijn  objecten met een onvoorstelbaar grote massa. Ze hebben de dichtheid van  miljoenen tot miljarden maal de massa van de zon en de zwaartekracht van zwarte gaten  is zo sterk dat niets eraan kan ontsnappen, zelfs het licht niet. Alles in de  omgeving wordt aangetrokken naar de kern van het zwarte gat.  De  overeenkomsten tussen de macroscopische donut-/torusvorm van het zwarte gat en de microscopische donut-/torusvorm van het atoom zijn treffend. Het hoofdkenmerk van  een zwarte gat is dat de zwaartekracht binnenin zo immens  groot is dat zelfs het licht er niet aan kan ontsnappen. Volgens Daniel Winter is de  donut-/torusstructuur eigenlijk een implosie van Gulden snede-golven wat  resulteert in zwaartekracht. Het is dus licht dat aangetrokken wordt tot de  kern en dat is nu precies wat er ook gebeurt binnenin een zwart gat.(6)
 Het is  tevens interessant om te vernemen dat recente ontwikkelingen in de snaartheorie  voorspellen dat zwarte gaten kunnen bestaan op schaalgrootten die uiteen liggen  van de microscopische schaal van deeltjes tot de monsterachtige macroscopische  schaal van zwarte gaten die waargenomen zijn in afgelegen melkwegstelsels. Het is zelfs zo dat men in CERN in Zwitserland  bezig is met de bouw van een nieuwe kolossale deeltjesversneller, Large  Hadron Collider (LHC) geheten, die tegen 2007 gereed moet zijn. Wetenschappers  verwachten dat deze deeltjesversneller wel eens zo sterk zou kunnen zijn dat er  miniatuur zwarte gaten mee kunnen worden voortgebracht. Dit opmerkelijke feit  is mogelijk geworden door nieuwe inzichten in de snaartheorie. De snaartheorie  voorspelt namelijk niet alleen dat er meerdere dimensies zijn, maar ook dat in  deze extra dimensies zwaartekracht werkzaam zal zijn.  Dit betekent dat het effect van de zwaartekracht op een kleine schaal vele  malen sterker is dan de conventionele theorieën voorspellen. In de  conventionele theorie kunnen zwarte gaten alleen ontstaan uit enorm dichte  massa’s, de snaartheorie staat het nu echter toe dat miniatuur zwarte gaten een  stuk minder dicht zijn zodat deze zelfs kunnen voorkomen op het subatomaire  niveau van deeltjes.  (7)  De  astrofysica is nog steeds bezig om het juiste kosmologische model van ons  universum te vinden. Het actuele geaccepteerde idee dat al weer een tijdje  meegaat sinds de introductie ervan in de zeventiger jaren, is het idee dat het  universum gecreëerd is in één grote oerknal die de big bang genoemd wordt.  Sinds de oerknal dijt ons universum uit en dit kosmologische model van een  uitdijend heelal wordt dan ook wel het inflatie-model genoemd. Een van de  oprichters van het inflatiemodel Dr. Robert P. Kirshner van de universiteit van  Harvard is echter uiteindelijk tot de overtuiging gekomen dat een cyclisch  model beter in staat is om de laatste ontdekkingen van ons universum te verklaren.  In het cyclische model wordt het universum steeds weer herboren in een eeuwige  cyclus van zowel expansie als samentrekking. Recente ontdekkingen hebben  aangetoond dat het universum momenteel niet alleen uitdijt maar tevens dat deze  uitdijing versnelt. De enige bron die deze onverwachte versnelling zou kunnen  verklaren is een niet eerder ontdekte onzichtbare energie die door het gehele  universum aanwezig zou moeten zijn. Astrofysici hebben deze mysterieuze nieuwe  energie donkere energie genoemd.  Een  opmerkelijk nieuwe ontdekking, want een cyclisch model is het kosmologische  model dat overeen komt met de oude Oosterse kosmologie. Volgens de spirituele  Oosterse geschriften, de Upanishads, wordt het universum eeuwig gecreëerd door  de adem van Brahmaan d.m.v. het in- en uitademen van de Prana van het  universum.(8)
 Er zijn nu  een aantal theoretische astrofysici die de idee gelanceerd hebben dat het  universum in zijn totaliteit wel eens de vorm van een gigantische donut/torus zou kunnen hebben.  Een van deze theoretici is professor Joseph Silk van de ‘Department of  Physics’ aan de universiteit van Oxford. De meest toegepaste methode door  wetenschappers om de vorm van het universum te modelleren, is de geometrie van  de microgolf achtergrondstraling te meten, de zogenaamde restenergie van de big  bang. Het nieuwe idee dat het universum de vorm heeft van een torus, is  ontstaan door de laatste metingen van de achtergrondstraling. (9)
 Als we  aannemen dat het universum inderdaad een eeuwige cyclus is van leven en dood,  kan de donut-/torusvorm dit gedrag perfect weergeven en verklaren. Stelt u  zich eens voor dat alle planeten, sterren en melkwegstelsels zich door de ruimte voortbewegen in dit  reusachtige donutvormige universum. Het centrum van deze donut zou dan  corresponderen met het moment van de oerknal. Het centrum, net als het centrum van het zwarte gat, is  een singulariteit waar ruimte en tijd oneindig gecomprimeerd zijn. Dit nulpunt  is het eeuwige nu. Wanneer we dit nulpunt van de donut verlaten en ons naar  buiten toe bewegen door de slurf over het oppervlak van de donut, dan ontstaat  zo langzaamaan de ruimte die begint te expanderen en tegelijkertijd begint de  tijd te tikken. We hebben nu het witte gat van het universum verlaten, waar  planeten, sterren en melkwegstelsels geboren worden. Terwijl we over het  oppervlak van de torus reizen, blijft de ruimte uitdijen totdat we de equator oversteken,  het middelste vlak van de symmetrische torus. Hierna begint de ruimte zich weer  samen te trekken en wordt aangetrokken door het zwarte gat, de  tegenovergestelde pool van de donut waar alles in het binnenste weer  ineenstort. We hebben nu een complete cyclus van geboorte en dood afgelegd! In  deze eeuwige cyclus van het universum komt dus alles voort uit een  singulariteit (de big bang) het witte gat van het universum. Na het ontstaan  van het universum bewegen we ons voor biljoenen jaren door de ruimte om  uiteindelijk te eindigen waar we begonnen zijn om wederom aangetrokken te  worden door het zwarte gat. Hierna kan weer een nieuwe cyclus starten. (10)
 Recente  ontdekkingen van astrofysici tonen aan dat de Platonische lichamen ook voorkomen in  het clusteren van melkwegstelsels. In ons  melkwegstelsel heeft de dierenriem met zijn twaalf tekens de  geometrie van een dodecaëder waarbij de 12 vlakken overeenkomen met de 12  tekens van de dierenriem. Platonische  lichamen komen ook voor in  de energiebanen van de aarde hetgeen we zullen aantonen in het volgende  hoofdstuk. De ‘aura’ van de aarde is een dodecaëder-icosaëderraster (geneste dodecaëder en icosaëder) van  energielijnen dat we verder zullen aanduiden als het aardraster.  Richard  Hoagland heeft samen met David Wilcock aangetoond dat er  in ons zonnestelsel planeten zijn die geologische drukpunten kennen op een  breedtegraad van precies 19,47 graden. Voorbeelden hiervan zijn de grote rode  vlek op Jupiter, de grote donkere vlek op Neptunus en de plaatsen op de zon  waar de grootste zonnevlekken voorkomen. De verschijnselen die voorkomen op  deze breedtegraad kunnen het best verklaard worden wanneer we aannemen dat er  stertetraëdervormige energiestructuren  werkzaam zijn in het boloppervlak van deze hemellichamen. 
                Stertetraëder in de planeten (11) Het  correspondentiebeginsel van Hermes Tresmegistos ‘zo boven, zo beneden’ is ook  van toepassing op de Platonische lichamen in de aura of het  energieveld van het menselijke lichaam. De wetenschap heeft in de negentiger  jaren het bestaan van zo’n bio-energieveld van het menselijke lichaam  bevestigd. Dit bio-energieveld is bij de Chinezen al sinds duizenden jaren  bekend als het Chinese meridiaansysteem met zijn zeven chakra’s. Het Oosterse  chakrasysteem zou de knooppunten vormen waar vortices van subtiele  energieën afkomstig uit een hogere dimensie ingrijpen op het fysieke lichaam.
 Vele  Oosterse tradities zijn het erover eens dat het etherische energielichaam dat  het tegenwicht vormt van het fysieke lichaam, het voertuig is van de menselijke  ziel. De energiestructuren van de menselijke aura zou als golf interferentie-patronen  de Platonische lichamen in zich hebben en  wel in het bijzonder de stertetraëder. 
 
                    Meditatie in Lotus positie en de Merkaba(Met dank aan Ananda M.  Bosman, www.akasha.de/~aton)
 Het  energielichaam werd in het oude Egypte de Merkaba genoemd. (Mer = roterend  licht, Ka= geest, Ba = menselijk lichaam). Men geloofde dat het roterende licht  van de Merkaba een persoon van de ene dimensie naar de andere kon brengen. Het  was het licht waarlangs de ziel afdaalde in het menselijke lichaam en dat ook  gebruikt kon worden om naar hogere niveaus te reizen. Het  Merkaba-energieveld van het menselijke lichaam is een stertetraëder ofwel  twee in elkaar gevlochten tetraëders, waarvan  er eentje met de punt omhoog wijst en de ander met de punt omlaag (zie de  omslag van dit boek). De Merkaba wordt ook genoemd in de joodse Kabbala, waarin hij beschreven wordt als een tegen de klok  indraaiend energieveld die zowel geest als lichaam beïnvloedt. In de Bijbel  noemt Ezechiël de  Merkaba het lichtvoertuig. Dit lichtvoertuig staat de ziel toe om te reizen  tussen parallelle dimensies. Koningen  2:2 vertelt het verhaal van de profeten Elijah en Elisha die de rivier de  Jordaan overstaken bij Bethlehem toen er plotseling een Merkaba van vuur  verscheen en Elijah verdween in een wervelwind. Elijah verdween hierbij van de  aarde en verdween uit deze fysieke dimensie. De Merkaba  is ook bewaard gebleven in de Islam, in het oude islamitische mystieke  soefisme. De dansende  soefi-derwisj beeldt de  Merkaba uit door zijn gewaad in een dans tegen de wijzers van de klok hard in  het rond te draaien, waarbij er twee sferische schijven ontstaan die de torusvorm van de Merkaba uitbeelden. 
                   Onderzoeker  van de Heilige Geometrie Drunvalo Melchizedek heeft veel moeite  gestoken om de betekenis van de Merkaba te reconstrueren. Hij meent dat het  menselijke lichaam de Merkaba creëert als een elektromagnetisch energieveld  rond het lichaam. Ananda Bosman heeft een geheel nieuwe wetenschap gelanceerd  die hij Vortexiajah gedoopt heeft. Vortexiajah staat voor de fysica van  vortices binnen vortices  die perfect overeenkomt met de theorie van de implosiefysica van Daniel Winter. Ananda legt uit dat de Merkaba ofwel het ‘lichtlichaam  sterrenschip’ zoals hij het noemt het voertuig is tussen de derde dimensie en  andere hogere dimensies van bestaan. Hij beweert dat hij in staat is om uit  zijn lichaam te treden gebruik makend van zijn Merkaba. Zijn eerste uittreding  ontstond spontaan na een ernstig ongeluk waarbij hij bijna het leven liet! Hij  beweert nu in contact te staan met een hogere intelligentie die hem helpt om  zijn nieuwe Vortexiajah fysica vorm te geven!(12)
 Heilige Geometrie  patronen in elektromagnetische energie komen ook voor in het energieveld van  het hart. Het menselijke hart heeft een elektromagnetisch veld in de vorm van  een donut-/torusvormig veld (perfecte torus) die de zeven gelaagde spieren van het hart aansturen om  te kloppen. Dit torusvormige energieveld is de animator van het hart volgens  Daniel Winter. Een ander  voorbeeld is de geometrie van ons DNA. DNA heeft de geometrie van tien in elkaar gevlochten  dodecaëders die langs de helix spiralen. Er zijn tien Phi-spiralen nodig om het  bovenaanzicht van DNA te vormen. De basisgeometrie van DNA is dus die van een  dodecaëder. Omdat Daniel Winter aanneemt dat het  universum een gigantisch superhologram is en dat alles in het universum  onderling met elkaar verbonden is door middel van Gulden snedegolven, meent hij  ook dat DNA elektromagnetisch gekoppeld is aan het aardraster en de dierenriem  middels fractal dodecaëder  energievormen. 
 Ether en het nulpuntsveld Maar hoe  verhoudt de ether zich nu met het  nulpuntsveld dat de  kwantumfysica ontdekt heeft?  Zijn zij één en hetzelfde? Ik ben van mening dat het enige verschil erin  bestaat hoe deze velden worden omschreven. Beide velden  beschrijven energie die overal in het universum aanwezig is. De kwantumfysica beschrijft de  nulpuntsenergie als de collectieve  energie die vrijgegeven wordt (virtuele fotonen) door alle subatomaire deeltjes  in het universum wanneer deze terugvallen van hun aangeslagen toestand naar hun  energetische grondtoestand. Dit wordt ook wel de Lamb-verschuiving genoemd,  naar de ontdekker ervan: Willis Lamb. De som van al deze energie is wat het  nulpuntsveld creëert. Aan de  andere kant lenen subatomaire deeltjes energie (virtuele fotonen) van het  nulpuntsveld om hen in hogere energietoestanden te brengen. Het spel van het  geven en nemen van virtuele fotonen, bestaande uit energie, is wat het  nulpuntsveld vormt. Op deze manier is de lege ruimte, het vacuüm dus eigenlijk,  een overvolle ruimte gevuld met elektromagnetische energie (virtuele fotonen)  in alle soorten en maten van frequenties uit het elektromagnetische  frequentiespectrum.  In  tegenstelling tot de kwantumfysica stelt de ethertheorie dat er geen deeltjes zijn, maar slechts golven.  Het nulpunt in de ethertheorie van Daniel Winter is perfecte  stilte, de alfa en de omega van de schepping. Dit nulpunt is echter perfecte  stilte alsmede oneindige beweging tegelijkertijd. Het is één en hetzelfde. Maar  hoe kan dat dan, hoe kunnen deze tegenstellingen hetzelfde zijn? De waterval  van Gulden golven creëert een oneindige serie van hogere harmonischen en  wanneer we alle golven bij elkaar optellen, daarbij gebruikmakend van het  Fourier-principe, dan resulteert dit in een vlakke golf van 0 Hz, ofwel perfecte  stilte! Denk maar  aan een glas water - wanneer we dit langzaam laten trillen zullen we zeer zeker  golffronten waarnemen in het glas. Wanneer we de frequentie opvoeren zal het  steeds moeilijker worden om waar te nemen dat het wateroppervlak in trilling  is. Wanneer we nu alle mogelijke vibraties met frequenties van uiterst laag tot  oneindig hoog toevoegen, zal het nettoresultaat van al deze vibraties zijn dat  het water weer terugkeert naar een rustig wateroppervlak. Het water zal weer  tot rust komen. Deze kalmte is echter een illusie omdat het wateroppervlak tegelijkertijd  in ruste is maar ook als een gek staat te schudden! Dat is  precies wat het nulpuntsveld  in essentie is:  het is complete stilte (nul Hertz) en is tevens gevuld met een oneindige  waterval aan Gulden harmonischen.
 De golven  die de materie creëren en die zich door middel van fractals naar de kern toe  bewegen, vormen een toenemende waterval aan Gulden golven die alsmaar versnellen  en uiteindelijk de lichtsnelheid overschrijden. Maar waar gaan deze golven naar  toe? Ze bewegen zich naar het nulpunt, terug naar waar ze vandaan gekomen zijn.  In dit opzicht kunnen we het nulpunt dan ook als de alfa en de omega van de  schepping beschouwen!
 Het nulpunt  is dus perfecte stilte en ondenkbaar overvloedige activiteit tegelijkertijd!  Het zijn twee zijden van dezelfde medaille, het is als een slang die in zijn  eigen staart bijt.     Bewuste energie Wetenschappers  zoals David Wilcock en Daniel Winter gaan zelfs nog  stap verder, zij beweren dat etherenergie eigenschappen heeft van bewustzijn en ze concluderen dat  er geen dualiteit bestaat tussen het fysieke en geestelijke domein. De  ether is pure, bewuste energie en  omdat het vorm geeft aan het hele universum, moet het universum zelf een levend  intelligent wezen zijn.
 Indien  dit feit bewezen kan worden dan lijkt het erop dat etherfysica de wetenschappelijke bevestiging is van de  leerstellingen van vele Oosterse spirituele tradities. Die beweren dat de enige  bron van het universum een levenskracht-energie is, een spirituele energie die  vele namen kent zoals Ki, Chi, Akasha, om er maar een  paar te noemen.
 In  dit hoofdstuk dragen we enig ‘bewijs’ aan voor deze verbazingwekkende  conclusie, hoewel de gepresenteerde wetenschappers wel verschillende gedachtengangen  volgen om tot een dergelijke verrassende conclusie te komen. David Wilcock verwijst bijvoorbeeld  naar het Russische onderzoek naar torsiegolven die als spiralende  impulsen door de ether reizen met een  duizelingwekkende snelheid van een miljard maal de lichtsnelheid. Torsiegolven  zouden ontstaan als gevolg van vele verschillende verschijnselen zoals de  beweging van fysieke objecten, maar vreemd genoeg ook als gevolg van bewuste  gedachten! Russische ontdekkingen hebben aangetoond dat onze gedachten en  gevoelens tot ver buiten het lichaam reiken en door het gehele universum  reizen! Kwantumfysicus David Bohm meent, net als  Daniel Winter, dat het universum  holografisch van aard is en dat er een onverdeelde eenheid bestaat van alle  dingen. “Het is zinloos om in termen van gescheiden deeltjes te spreken omdat  ze  vergeleken kunnen worden met kleine  draaikolken in de rivier waarvan je ook niet kunt zeggen waar de draaikolk  begint en de rivier eindigt.” Bohm vervolgt met te zeggen dat “bewustzijn niet alleen  aanwezig is in alle levensvormen, maar ook in alle levensloze materie omdat  energie, ruimte, tijd en bewustzijn geen afzonderlijke dingen zijn.” Amit Goswami heeft hierover te  zeggen dat bewustzijn de basis is van  alles en hij omzeilt hiermee de dubbelzinnigheid van de  Kopenhagen-interpretatie van de kwantumfysica. Volgens hem moet het wel zo zijn dat bewustzijn  oorspronkelijk is en het fysieke voortbrengt. Amit Goswami is de schrijver  van het boek ‘The Self Aware Universe’. Daniel Winter geeft voor  bewustzijn de volgende  verklaring: wanneer de ether-golven zich zo organiseren rond de torus om fractal of recursief te  worden, dan draaien ze om de torus heen om zichzelf te ontmoeten, ze worden  zelfreferentieel. Hierbij creëren ze niet alleen gravitatie maar ook  zelfreferentie of zelfbewustzijn. Zelfreferentie is het principe dat ten  grondslag ligt aan zelfbewustzijn en is volgens de eeuwenoude Vedas de  definitie van bewustzijn. De Gulden golven in fractal geometrische  patronen worden aangetrokken door het nulpunt, het brandpunt van het atoom. Het  nulpunt fungeert hierbij als de fractal-attractor die alle elektromagnetische  golven naar zich toe trekt als een   roetsjbaan van Gulden golven die naar het centrum glijden. Het is min of  meer een miniatuur zwart gat dat licht aantrekt en daarbij niet alleen  zwaartekracht schept maar ook  zelfbewustzijn. Maar als recursieve  elektromagnetische golven die fractals vormen de ware aard van bewustzijn vormen, betekent dit  dat bewustzijn niet beperkt blijft tot alleen levensvormen, maar dat ook  levenloze objecten een soort van bewustzijn moeten hebben. Alle dingen in het  universum moeten dan zelfbewust zijn! Inheemse stammen, zoals de  oorspronkelijke indianen van Amerika en de Australische aboriginals, hebben  altijd al beweerd dat alles levend is, van regendruppels tot rivieren, van  stenen tot gebergten. Bewust leven is niet alleen voorbehouden aan alle leven  op het land; de indianen geloofden dat elk materieel ding een ziel had,  inclusief het land zelf. Voor deze volkeren was de gehele schepping levend en  onderdeel van het geheel; zij aanbaden de bergen en de rivieren, de maan en de  zon net zo zeer als de dieren en de planten.  Onze Westerse cultuur  beschouwt de religies uit de Oudheid als primitief omdat de Ouden de sterren en  planeten aanbaden als waren het de goden van de hemel. Maar misschien hadden ze  wel helemaal niet een dergelijk primitief en armzalig begrip van de  werkelijkheid? Misschien hebben wij wel een inhaalslag te maken? Het begint te dagen in de wetenschap dat het universum wel eens zelfbewust  zou kunnen zijn. Dit houdt in dat alle atomen, planeten, sterren etc,  zelfbewust zijn en een vorm van individualiteit hebben. We kunnen niet langer  spreken van bewustzijn dat alleen beperkt is tot organisch leven,  bewustzijn kan in vele vormen bestaan inclusief in sterren en planeten. Het  universum zou wel eens één bewust wezen kunnen zijn waar wij mensen deel van  uitmaken. Dit maakt van ieder brandpunt  van elektromagnetische golven een individueel bewustzijn dat onderdeel is  van het universele bewustzijn. Menselijk bewustzijn gefocusseerd in het  menselijke lichaam is eenvoudigweg een deel van het totale bewustzijn van het  universum. Het brein is hierbij slechts de antenne die afgestemd is om het  individuele bewustzijn te kunnen ontvangen vanuit het universele bewustzijn,  precies zoals de kwantum-breintheorie suggereert. Elk individuele geest echter  heeft ook toegang tot de universele geest.  Het zou verklaren hoe het universele bewustzijn geraadpleegd werd door zo veel genieën zoals  de grote filosofen, wetenschappers, artiesten en musici die ons door de eeuwen  heen geïnspireerd hebben. Wanneer we dit accepteren, zien we dat in dit  holografische aspect van bewustzijn, ons ego, dus een illusie moet zijn. Tegenwoordig gelooft een groeiend aantal fysici dat het universum inderdaad  zelfbewust is. Waarom associëren bijna alle wereldreligies Godsbewustzijn met licht? De Bijbel vertelt ons dat God het  licht van de wereld is! Daniel Winter’s implosiefysica vertelt ons nu dat het zelfbewustzijn  licht is dat de materiële wereld schept! Zou dit universele bewustzijn, dat velen liever aanduiden met “God”, het nulpunt of  stiltepunt in de ether kunnen zijn, de  fractal-attractor in de chaostheorie die al het licht  van de wereld naar zich toe trekt - waar alles Een is? Het nulpunt zou gezien  kunnen worden als de bron en de bestemming, de alfa en de omega van de  schepping. Daniel Winter vertelt ons dat het dit universele bewustzijn is dat  de golven focusseert in het nulpunt en ze gaande houdt. We kunnen het  vergelijken met de Gkracht van de etherdynamica! Maar werd God ook niet  geassocieerd met onvoorwaardelijke liefde? Wanneer God werkelijk geassocieerd  dient te worden met zelfbewust licht, waar is dan de liefde in al deze Gulden  golven van Daniel Winter?  
 Phi 
                    en Liefde Manfred Clynes, een voormalig concertpianist, bestudeerde de relatie tussen  muziek en emoties. Gedurende zijn optredens ontdekte hij dat bepaalde delen van  zijn spel mensen meer ontroerden dan andere. Hij wilde weten wat het was in  zijn muziek, welke toonhoogten en noten de mensen het meest beroerden. Hij  begon daarom een wetenschappelijke carrière om dit uit te zoeken. Zo bestudeerde hij de golfvormen die gerelateerd zijn aan menselijke  emoties. De tedere omhelzingen en knuffels tussen mensen bleken voorspelbare  drukcurven te volgen die universeel zijn. Zijn studies wezen uit dat deze niet  gerelateerd zijn aan cultuur, religie of etnische achtergrond. Over de gehele  wereld bleken mensen hetzelfde recept te gebruiken om emoties als een golf uit  te drukken. Uitdrukkingen van angst en  haat waarbij mensen duwen en aan elkaar trekken bleken ook voorspelbare  drukcurven te volgen. Verbazingwekkend is dat de emotie die geassocieerd wordt  met liefde ook een relatie met de Gulden snede blijkt te hebben! Wanneer we  onze geliefde omhelzen en het gevoel van liefde leggen in deze omhelzing, zal  de maximale druk van de omhelzing plaatsvinden op precies het moment dat deze  de Gulden snede vormt in de totale duur van de omhelzing.  
 Relatie tussen emotie en golf verloop(Met dank aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
 Daniel Winter concludeerde uit  Manfred Clynes’ studies dat liefde Gulden snede gerelateerd moet zijn! Dus het lijkt erop dat er maar  één manier is waarop het universele bewustzijn kan scheppen. Het  vereist de liefdevolle, niet-destructieve interferentie en buiging van licht in  fractal geometrische  structuren die toestaat dat de golf staat en voor eeuwig interfereert. De  hogere harmonischen in de Fibonacci-reeks zijn allemaal gebaseerd op de langste Phi-golf die de draaggolf vormt. De waterval aan  elektromagnetische golven die gevlochten zijn op deze Gulden draaggolf met de  langste golflengte heet in het Engels de ‘Lo Phi wave’, van ‘Long Phi  wave’ ofwel de ‘Love Wave’ (liefdesgolf). 
 Is ‘Lo-Phi’ de oorsprong van het Engelse woord ‘love’?
 Het lijkt er dus op dat alleen  liefde creëert en we komen tot het inzicht dat het liefdevolle golven zijn die  met elkaar interfereren waaruit de materiële wereld ontstaat. Wanneer de  interfererende golven niet de Gulden snedeverhouding onderhielden in  golflengten, dan zou destructieve interferentie het gevolg zijn en de materiële  wereld zou eenvoudigweg niet kunnen bestaan. Is het niet zo dat liefde bergen  kan verzetten en dat haat en angst alles vernietigen? We zien dit zelfde  principe tot uitdrukking komen in golven die liefdevol de wereld creëren.  Wanneer de golven elkaar haten, dan  concurreren ze met elkaar en gaan ze allebei ten onder.  Licht in een rechte lijn is energie; liefdevol licht, gebogen om een  brandpunt, creëert materie en het universele bewustzijn houdt deze golven gecentreerd. Wanneer de  universele geest van het universum, God, het licht en de liefde van de wereld  is, zoals de Bijbel ons vertelt, dan kunnen we dit nu waarderen vanuit een  wetenschappelijk perspectief.   Het liefhebbende hart 
                       Daniel Winter is lid van het ‘Heart  Coherence Team’  dat de Heart Tuner ®  ontwikkeld heeft. De Heart Tuner is een hart/brein-biofeedbacksysteem dat in  staat is de coherentie te meten tussen de hartslagen (Elektrocardiogram ECG) en  de hersengolven (Elektro-encefalogram EEG) van een persoon. Het wordt gebruikt  door therapeuten en onderzoekers, maar is ook geschikt voor individueel gebruik  om een betere balans tot stand te brengen tussen hart en geest. Voor het eerst in de  geschiedenis zijn we in staat om werkelijk menselijke emoties te meten zoals  compassie, empathie, liefde, boosheid en frustratie. De Heart Tuner gebruikt de  elektromagnetische golven van het hart en het brein en is in staat om te  constateren of er harmonie tussen beide bestaat, met andere woorden of er  sprake is van coherentie tussen hart en geest. De Heart Tuner checkt of onze  gevoelens en gedachten op elkaar afgestemd zijn. Sinds mensenheugenis hebben we  aangenomen dat het hart het huis is van onze gevoelens en emoties en dit is tot  uitdrukking gebracht in bijna ieder populair liefdesliedje. Maar de menselijke  emoties kunnen nu werkelijk gemeten worden en blijken inderdaad af te stammen  van het hart. Emoties komen voor in de golven van het ECG. Ook onze gedachten laten een  vingerafdruk achter in het elektromagnetische veld van het brein, onze  hersengolven zoals ze vastgelegd worden in het EEG. De Heart Tuner pikt de  signalen van het hart en brein op en is in staat om fase-overeenkomsten tussen  de golven van het ECG en EGG vast te stellen. Wanneer een faseovereenkomst  wordt gedetecteerd, stemmen niet alleen de frequenties van het hartsignaal af met  de frequenties van de hersengolven, maar ook hun fasen komen overeen, de golven  zijn harmonisch met elkaar verbonden! In technische termen wordt gezegd dat  deze signalen coherent zijn! Wat er werkelijke gebeurt is dat de betrokken  persoon zijn gevoelens en gedachten op elkaar afstemt en hij ervaart vredige,  blije gevoelens, kortgezegd: gelukzaligheid. De Heart Tuner heeft zijn  therapeutisch nut bewezen: 
                    het apparaat stimuleert het immuunsysteem;balanceert emotionele en fysieke gezondheid;is een feedbackgereedschap om stress te       verminderen;verbetert het leervermogen van de behandelde       persoon;kan gebruikt worden om over verslavingen       heen te komen;het is een probaat middel bij       conflictbemiddeling door de coherentie tussen twee personen te meten (het       is een leugendetector die nooit liegt). Hoe werkt de Heart Tuner en  wat gebeurt er precies in het frequentiespectrum van het hart en het brein? Allereerst worden de geluidsgolven van het hart, de hartslagen omgezet in  elektromagnetische pulsen door de zwezerik van het hart en de klieren in ons  lichaam die werken als een piëzo-elektrisch apparaat om zo akoestische  drukgolven om te zetten in elektromagnetisme. Dit is de manier waarop het hart  een elektromagnetisch veld genereert dat gemeten kan worden als een ECG.
 Daniel Winter ontdekte dat  mensen die ware gevoelens van liefde ervoeren, een specifiek patroon  achterlieten in het frequentiespectrum van het hart, het ECG. De  frequentiecomponenten in het frequentiespectrum worden Gulden snede (Phi) gerelateerd. Verbazingwekkend genoeg werden ook de  hersengolven coherent en ze raakten in fase met de hartgolven. Brein- en  hartgolven kwamen in  hetzelfde tempo en in dezelfde fase onderling verbonden door middel van de  Gulden snede (Phi).
 Het resultaat was de ons nu  wel bekende waterval van elektromagnetische Gulden golven, precies zoals we  voorheen schreven over wat er in het atoom plaatsvindt.  Volgens Daniel Winter eindigt de  waterval aan elektromagnetische Gulden golven uiteindelijk als blauw licht in  het DNA van ons lichaam!  Het DNA is een soort lens die deze elektromagnetische energie naar zich toe  trekt.  Maar hoe kunnen nu de hart- en  breingolven, die een veel langere golflente hebben, zich verbinden en afstemmen  met de veel kortere golflengten van het DNA? Het is de Gulden snedeverhouding die de schaal van de  lange golven van het hart en brein overbrugt naar de kortere golven van het  DNA. Wanneer onze gedachten en emoties afgestemd zijn op liefde, ontstaat een  waterval aan Fibonacci-reeks harmonischen die de energie van ons hart en geest  verbindt met ons eigen DNA. Dus emotie is in werkelijkheid  energie, het is energie in beweging, e-motie. Emotie is als een roetsjbaan  waarlangs de emotionele energie van het hart afglijdt naar elke cel van ons  lichaam en in ons eigen DNA belandt. Dus de  energie van onze emoties beweegt zich tussen de schaal van de lange golven naar  de korte golven en wordt uiteindelijk afgeleverd in ons DNA. Fritz Pop heeft  het bestaan van de biofotonen ontdekt, het blauwe licht in het lichaam en hij vermoedde  dat op de één of andere manier dit licht gerelateerd was aan DNA.  Daniel Winter nu laat ons via het  golf-koppelingsmechanisme zien hoe de energie van geest en hart uiteindelijk  afgeleverd wordt als blauw licht in ons eigen DNA. Wanneer het hart de emotie van liefde uitdrukt, creëert het dus een  waterval aan Gulden snede elektromagnetische golven. In feite creëert het  zwaartekracht op gelijke wijze als het atoom dat doet  wanneer het op de Gulden snede gebaseerde, elektromagnetische golven in elkaar  vlecht naar een nulpunt toe. Waarom hebben we liefde altijd geassocieerd met zwaartekracht?  Waarom gebruiken we woorden als “ik voel me tot je aangetrokken, net zoals de maan  tot de aarde”, wanneer we verliefd zijn op iemand? Waarom zijn onze emoties  altijd geassocieerd met gewicht? Waarom zijn we zwaar verliefd? Toen Isaac  Newton de appel van de boom zag vallen, ontdekte hij  de zwaartekracht. Hij rende weg om het anderen te gaan vertellen en legde het  principe van zwaartekracht uit door te zeggen dat de appel aangetrokken wordt  door de aarde. De mensen lachten hem uit, het hele idee leek belachelijk, hoe  kon een appel nu aangetrokken worden door de aarde? Zijn ze soms verliefd?  Alleen mensen die verliefd zijn op elkaar worden tot elkaar aangetrokken. Het  heeft Newton veel tijd gekost voordat mensen gewend raakten aan het idee dat  zwaartekracht een aantrekkingskracht is. In die tijd had Newton beter andere  woorden kunnen gebruiken om het principe van de zwaartekracht uit te leggen.  Daniel Winter’s theorie van zwaartekracht letterlijk  nemend, blijkt het woord “aantrekking” nu perfect te zijn, het lijkt nu  driehonderd jaar na Newton toepasselijk om te zeggen dat de aarde en de maan  verliefd zijn en dat het de zwaartekracht is die een man tot een vrouw  aantrekt.
 Daniel Winter heeft zijn Heart Tuner ook uitgeprobeerd op  een getrainde yogi die in een diepe meditatieve toestand verkeerde. Vooraf had  hij de yogi geïnstrueerd om zijn aandacht te richten op een boom en er liefdevolle  gedachten naartoe te sturen. Hij plaatste een antenne bij de boom en sloot deze  samen met de yogi aan op de Heart Tuner.
 De antenne onder de boom pikte de elektromagnetische Shumann-golven van de  aarde op. De Shumann-golven zijn genoemd naar de Duitse professor W.O Schumann die ze  ontdekte in 1952. De Shumann-golven zijn het gevolg van de Shumann-resonantie,  een frequentieresonantie van ongeveer 8 Hertz die voorkomt tussen de bovenste  lagen van de atmosfeer en de aardkorst. Het wordt ook wel Gaia’s hartslag  genoemd. De Schumann-resonantie is op de één of  ander manier aan menselijk bewustzijn gerelateerd omdat  de hersengolven in hetzelfde frequentiedomein werken. Ruimtevaartuigen van de  NASA zijn allemaal  voorzien van een instrument dat de natuurlijke Shumann resonantiefrequentie  simuleert. In de begindagen van de ruimtevaart ontdekte de NASA al vroeg dat  astronauten gedesoriënteerd raken en gestresst werden wanneer ze afgesloten  raakten van de Shumann-resonantie. Wij mensen zijn er afhankelijk van. Daniel Winter demonstreerde dat  de bomen in het bos als een reusachtige antenne werken die de  Shumann-frequentie oppikken en versterken. Eenmaal aangesloten op de Heart  Tuner viel het hem als eerste op dat de ECG en EGG van de yogi coherent waren,  hetgeen ook te verwachten was uit eerdere experimenten. Hij ontdekte echter ook  dat de hersengolven en hartslag van de yogi coherent geworden waren met de  Shumann-resonantie van de aarde zelf! Hij heeft met dit experiment  aangetoond dat wanneer we liefde ervaren en voelen, we afstemmen en één worden  met de natuur zelf. Daniel Winter gelooft nu dat al  het biologische leven afhankelijk is van de Shumann-resonantie als een  draaggolf, de lange Phi-golf, om hierop elektromagnetische Gulden golven te  kunnen vormen. Mensen kunnen op deze wijze afstemmen op het biologische leven  en op Moeder Aarde zelf. De hartslag van onze planeet is immers de  Shumann-resonantie. Het zou wel eens de verklaring kunnen zijn waarom een  wandeling in de bossen zo verfrissend kan zijn en waarom mensen graag tijd  doorbrengen in de natuur. Zo wordt nu aangenomen dat het compleet afgesloten  zijn van de Shumann-resonantie op grote hoogten in een vliegtuig waarbij de  romp fungeert als een grote kooi van Faraday, wel eens zou kunnen bijdragen aan  het effect van een jetlag. Daniel Winter waarschuwt voor de  gevaren van elektromagnetische smog in onze biosfeer, het interfereert  destructief met het biologische leven zelf en kan uiteindelijk kanker  veroorzaken. We hebben ons van de natuurlijke Shumann-resonantie en de  energieën van het aardraster afgesloten door ons te verstoppen in betonnen  gebouwen en door de groene wouden, de antennes die de Shumann-resonantie  versterken, te vernietigen. Het elektriciteitsnetwerk in de Verenigde Staten  voert stroom af naar de aarde en veroorzaakt de ergste vorm van  elektromagnetische vervuiling die mogelijk is en volgens Dan Winter moet deze  activiteit onmiddellijk gestaakt worden!(13)
   Torsiegolven Rond 1900 was Nikola Tesla de eerste die  experimenteerde met twee spiraal-vormige spoelen (in de vorm van een esculaap).  Hij voedde deze twee spoelen met wisselstromen in tegenfase waardoor het  nettoresultaat van deze spoelen een zelf annihilerend elektromagnetisch veld  opleverde. Ondanks het feit dat de tegengestelde elektromagnetische velden  elkaar dus uitdoofden, wist hij toch aan te tonen dat deze Tesla-spoelen in  staat waren energie over lange afstanden te verzenden. Wat hij ontdekte was een  totaal nieuwe vorm van energie. Opmerkelijk genoeg verloren Tesla’s golven geen  energie die gelijk is aan het inverse kwadraat van de afgelegde afstand, zoals  gebruikelijk is bij normale elektromagnetische golven, maar bleek er zelfs over  zeer lange afstanden nauwelijks sprake te zijn van enig energieverlies. Tesla’s werk aan deze  revolutionaire nieuwe vorm van energie was bijna in vergetelheid geraakt. Terugkijkend  lijkt het wel of zijn werk te revolutionair was om geaccepteerd te worden door  de samenleving van de laatste eeuw, in het bijzonder haar toepassing m.b.t.  vrije energie. Dit is dan ook de reden waarom zijn werk bijna verdwenen is,  zonder een spoor na te laten. Gelukkig werd deze vorm van energie, los van de  ontdekking ervan door Tesla, in de jaren vijftig ook door de Russische  astrofysicus Dr. Nikolai A. Kozyrev (1908 – 1983) waargeno-men en  gedocumenteerd. Tijdens de koude oorlog werden Kozyrev’s bevindingen geheim  gehouden en ze drongen na de val van de muur maar zeer langzaam door tot het  Westen. In de Sovjetunie zijn echter duizenden academici in deze materie  gedoken na Kozyrev’s initiële ontdekking van deze nieuwe vorm van energie.  Kozyrev heeft hiermee het bestaan van de ether voor eens en voor  altijd aangetoond. Deze nieuwe energievorm is  noch elektromagnetisch van aard, noch gerelateerd aan zwaartekracht en staat dus  geheel op zichzelf. Deze nieuwe energie is een spiraliserende non-hertziaanse  elektromagnetische golf die door het vacuüm reist met supraluminale snelheden,  een miljard (10⁹ C) maal sneller  dan het licht. Als gevolg van de spiraliserende aard van de golf wordt de golf  ook wel een torsiegolf genoemd. Volgens de onafhankelijke onderzoeker David  Wilcock volgt de torsiegolf het pad van een perfecte  Phi-spiraal!  Torsiegolven worden non-hertziaans genoemd omdat ze niet voldoen aan de  klassieke theorie van Hertz en Maxwell. Einstein en Dr. Eli Cartan  voorspelden het bestaan van statische torsievelden al in 1913 in een theorie  die bekend werd als de Einstein-Cartan-theorie, afgekort de ECT-theorie.  Torsievelden hebben echter nooit veel aandacht gekregen in de fysica totdat  Kozyrev het werkelijke bestaan ervan ontdekte. We hebben deze torsiegolven al besproken in  hoofdstuk 4 over het nulpuntsveld, alwaar we vermeldden dat Tom Bearden ontdekt had dat de  fundamentele golf in de elektromagnetische golf een scalaire golf is. Een  scalaire golf is de golf die overblijft wanneer twee tegengestelde  elektromagnetische velden interfereren en elkaars elektrische en magnetische  veldcomponenten uitdoven, precies zoals dit bij de experimenten van Tesla het  geval was. Het resultaat is een tot op heden onbekende component in de  elektromagnetische golf, een longitudinale golf die vibreert in dezelfde  richting waarin de golf zich voortplant.   Maxwell’s klassieke  elektromagnetische golftheorie die tot op de dag van vandaag nog steeds de  toonaangevende theorie voor elektromagnetisme is, staat eenvoudigweg geen  scalaire golven toe en legt alleen rekenschap af over transversale  elektromagnetische golven. Deze transversale hertziaanse golven, genoemd naar  Heinrich Hertz, worden gecreëerd wanneer ladingen tussen de twee uiteinden van  een dipoolantenne oscilleren. Op afstand induceren zij op deze wijze een kracht  op een lading in een ontvangstantenne wanneer deze loodrecht op de richting van  de voortplanting van deze hertziaanse golf uitgelijnd wordt . Scalaire golven  die geen transversale polariteit kennen, worden echter op een totaal andere  manier opgewekt en kunnen daarom ook niet ontvangen worden met een normale  dipoolantenne, de antenne die in al onze gewone elektronische ontvangers wordt  toegepast. Dit is tevens de verklaring waarom deze nieuwe energievorm niet al veel  eerder ontdekt is. De theorie van Tom Bearden over scalaire  golven krijgt nu steun van Paul La Violette. Zijn theorie over subkwantumkinetica voorspelt niet alleen hertziaanse  transversale golven, maar ook Tesla’s longitudinale scalaire golven. Volgens  Paul La Violette zal een monopoolantenne zoals een geladen bol, longitudinale  scalaire potentiaalgolven creëren wanneer deze periodiek geladen en ontladen  wordt. Scalaire potentiaalgolven kunnen en zijn al gedetecteerd met een  Bendini-detector. Om te voorkomen dat in dit  boek de begrippen scalaire golven en torsiegolven met elkaar verward  zullen worden, vermelden we dat beide synoniem zijn voor hetzelfde soort golf. Scalaire of torsiegolven lijken nu een  belangrijke rol te spelen om onze fysieke realiteit te kunnen verklaren. Ondanks het feit dat  torsiegolven erg zwak zijn, kunnen ze, omdat ze minutieuze krachten uitoefenen  op materie, toch gemeten worden met behulp van gevoelige torsiebalansen.  Kozyrev was de eerste die deze instrumenten ontwikkelde.
 Torsiegolven zijn zowel  statisch als dynamisch van aard. Statische torsiegolven kunnen de vorm  aannemen van vortices zoals we die  behandeld hebben bij de implosiefysica van Daniel Winter. Deze statische torsievelden kunnen gedurende zeer lange  tijd aanwezig zijn op een gegeven locatie in het ruimtelijke vacuüm. Kozyrev  ontdekte ook dat torsievelden zich als torsiegolven door de ruimte kunnen  voortbewegen met enorme snelheden van wel een miljard maal de snelheid van het  licht (10⁹ C).
 Hij bemerkte dat alle fysieke  objecten in staat zijn om zowel torsiegolven te absorberen als  uit te zenden. Door fysieke voorwerpen te schudden, te vibreren, te vervormen,  te verhitten of af te koelen, genereren ze meetbare torsiegolven. Zelfs de  verplaatsing van een voorwerp op zich genereert al torsiegolven die gemeten  kunnen worden. Elke beweging, of het nu gaat om de vibraties van het atoom of  de omlooptijden van onze planeten, laat sporen achter in de ether in de vorm van  torsiegolven.
 Tijdens het laten rondtollen  van gyroscopen ontdekte Kozyrev het zeer opmerkelijke fenomeen dat deze een kleine,  maar meetbare hoeveelheid gewicht verloren. Ook voorwerpen die stevig door  elkaar geschud werden, bleken gewicht te verliezen. Welnu, vanuit ons huidig  inzicht in de fysica is dit natuurlijk volslagen onmogelijk! Het overtreedt  werkelijk alle mogelijke natuurkundige wetten - hoe kan nu vaste materie  gewicht verliezen wanneer het met een hoge snelheid wordt rondgedraaid of  stevig wordt geschud? Wanneer we geloven dat materie gemaakt is uit kleine  harde knikkers die we deeltjes noemen, ja dan zou dit een groot mysterie zijn!  Kozyrev toonde echter aan dat de gyroscopen tijdens het schudden of hard  ronddraaien gedeeltelijk de etherische energie waaruit ze bestaan, afgaven aan  hun omgeving, de achtergrondzee van ether. Het tijdelijke verlies aan etherenergie was dus de  oorzaak van het gewichtsverlies.
 Dr. Harold Aspden van de universiteit  van Cambridge ontdekte een soortgelijk fenomeen. Hij bond een stevige magneet aan een gyroscoop  en liet deze vervolgens met hoge snelheid rondtollen. Hij mat vervolgens de  energie die nodig was om de gyroscoop te versnellen tot maximale snelheid. Deze  bedroeg 1000 Joules. Tot zijn verbazing bemerkte hij dat wanneer hij de  gyroscoop tot stilstand bracht en deze vervolgens binnen 60 seconden weer op  snelheid bracht er 10 maal minder energie nodig was om de gyroscoop op dezelfde  snelheid te krijgen. Het tollen van de gyroscoop had kennelijk extra  spinmomentum aan de ether toegevoegd dat door  de gyroscoop in stand werd gehouden. Vergelijk het maar met het momentum dat  opgeslagen wordt in een kopje thee nadat er met een lepeltje in geroerd is. We  weten ondertussen dat roterende magneten sterke torsiegolf-generatoren zijn. Een andere inbreuk op de  wetten van Newton met betrekking tot  torsiegolven is afkomstig van  Bruce De Palma. Hij voerde experimenten uit waarbij hij twee identieke stalen  ballen met dezelfde snelheid en onder dezelfde hoek de lucht in katapulteerde.  Het enige verschil tussen de twee ballen was dat één ervan rondtolde met 27.000  omwentelingen per minuut en de andere niet. De spinnende bal bereikte een veel  grotere hoogte dan de niet-spinnende bal. Bij de spinnende bal werden  torsiegolven opgewekt die een lichte verandering teweeg hadden gebracht in de totale  massa van de bal. Kozyrev ontdekte dat sterren ook torsiegolfvormige  energie uitstralen en hij postuleert dat deze torsiegolven gegenereerd worden door het ronddraaien van de  sterren. Bij het observeren van een ster, waarbij hij gebruik maakte van een speciale  telescoop waarmee toriegolven gemeten kunnen worden, bemerkte hij dat de ster  deze torsiegolfenergie uitzond in een locatie aan de hemel die de ware locatie  van de ster moest zijn. Daarbij gaf de locatie van het zichtbare licht van de  ster de positie weer van velen jaren terug, omdat het licht er eenvoudigweg  velen lichtjaren over had gedaan voordat het de aarde had bereikt. Uit deze waarnemingen  concludeerde hij dan ook dat de torsiegolf wel met supraluminale snelheden moest  reizen. Het viel hem op dat de torsiegolfstraling zelfs gemeten kon worden in  de toekomstige locatie van de ster! Omdat torsiegolven met supraluminale  snelheden reizen kunnen zij de tijdbarrière doorbreken en zich verplaatsen naar  de toekomst.  Vanwege het feit dat ook de  aarde torsiegolven uitzendt en omdat  deze torsie-golfstraling bij de polen sterker is, waren Kozyrev’s experimenten  afhankelijk van de geografische locatie waar ze werden uitgevoerd. Hij bemerkte  tevens dat zijn effecten alleen gemeten konden worden gedurende de koudere  periodes van het jaar. In de zomer interfereerden intense torsiegolven van de  zon met de torsiegolven van zijn experimenten. Onze zon is immers de grootste  torsiegolf- generator van het zonnestelsel.(14)
 Torsiegolven stromen in en uit  alle materie en in feite zijn atomen allemaal torsiegolfgeneratoren. De in tegengestelde richting  roterende spiraliserende elektromagnetische  Phi- golven in de implosiefysica van Daniel Winter die naar de kern  van het atoom toe spiralen, doven de elektromagnetische componenten van deze  golven uit, met als resultaat een torsiegolf. 
 Phi-piraal scalaire  golf(Met dank  aan Dan Winter, www.soulinvitation.com)
 De Russische wetenschap  gebruikt vele namen voor Daniel Winter’s elektromagnetische energievortices zoals spinvelden,  torsievelden en axionvelden, het zijn echter allemaal vacuüm spinvelden. De  donut- en draaikolk-structuren van spiraliserende Gulden snedegolven, zoals  beschreven door Daniel Winter, zijn allemaal vormen van statische torsievelden.  Het naar het nulpunt spiralen van de elektromagnetische draaikolk creëert de  volgende effecten: 
                    het verzamelt oneindige energie als gevolg       van de implosie van de golven in steeds kleinere golflengten. Hoe korter       de golflengte des te meer energie de spiraliserende golf bevat. Net zoals       de energie van een tornado zich verzamelt en centreert in het oog van de       tornado, zo verzamelt de elektromagnetische draaikolk energie in zijn       stiltepunt. Merk op dat het extreem spinnende luchtmoleculen zijn in het       oog van een tornado die haar een immens destructieve kracht geven;een spinveld van elektromagnetische energie       slaat ook inertie of traagheid op (de weerstand tegen beweging). Hoe meer       spin, hoe meer inertie opgeslagen wordt. Hetzelfde inertie-effect wordt       ook vertoond door rond-draaiende tollen en gyroscopen die zich verzetten       tegen ieder verandering van hun momentum. Wanneer we deze twee effecten  nader bekijken, kunnen we begrijpen waarom materie en energie uitwisselbaar  zijn (Einstein’s beroemde wet E=m* c^2) en wat het is dat materie zijn vastheid  of starheid geeft. Wanneer we de vortex  spinvelden van elektromagnetische energie organiseren volgens de Platonische  lichamen die we het atoom  noemen, dan kunnen we gaan inzien dat: 
                    materie een verdichte vorm van       geaccumuleerde energie is enmaterie intern inertie-eigenschappen heeft       die haar massa geven. In werkelijkheid is materie  dus niet solide van structuur. Massa is de illusie van een vast ding, het is de  maya van de materiële wereld zoals te lezen is in de Tao. Deze illusie wordt in  stand gehouden door de opgeslagen inertie in de golven die de wetenschap op een  verkeerd been gezet hebben m.b.t. het begrip inertie. We hebben altijd geloofd  dat inertie een inherente eigenschap is van massa, maar in werkelijkheid is het  tegenovergestelde het geval: de opgeslagen inertie in een lokaal gebied in de  ruimte in de vorm van een spinnend elektromagnetisch veld, creëert een effect  dat we waarnemen als massa!
 Er is in de Westerse  wetenschap maar weinig bekend over de torsiegolven die opgewekt  worden door snel ronddraaiende materie. In april 2004 heeft de NASA een satelliet  gelanceerd om de spinvelden van de planeten in ons zonnestelsel nader te  onderzoeken. Omdat de meeste wetenschappers geloven dat een spinveld een  eigenschap is van materie, zien ze niet in dat het in de eerste plaats de  torsiegolven zelf zijn die de materie scheppen. Bruce De Palma’s experimenten  met de spinnende gyroscoop bewezen dat ze echt gewicht verliezen. Dit  verschijnsel is totaal onverklaarbaar vanuit het huidige wetenschappelijke  paradigma. Maar wanneer bij het ronddraaien van een object eigenlijk de totale  elektromagnetische spin verandert die erin opgeslagen ligt, dan kunnen we inzien  dat het een zwak maar meetbaar effect heeft op de massa van dit object.
 Op dit punt aangekomen zijn we  nu ook in staat te begrijpen waarom Haisch & Rueda, die we besproken hebben  in hoofdstuk 4 ‘Het nulpuntsveld’, in staat waren om Newton’s beroemde traagheidswet te bewijzen F= m * a. Ze  bewezen dat traagheid of inertie het gevolg is van de versnelling van massa  door het nulpuntsveld. Omdat de elektromagnetische vortices binnen in het  atoom zowel nulpuntsenergie alsmede ook  inertie opslaat, zal het ons niet verbazen een correlatie tussen die twee te  vinden. Statische torsiegolven in de vorm van  vortices in de ether en de  spiraliserende torsiegolf die zich met supraluminale snelheden voortplant,  krijgen steeds meer aandacht in de Westerse wetenschap. Volgens sommigen vormen  de torsiegolven de ontbrekende schakel in de zoektocht naar de finale ‘Theorie  van Alles’, Einstein’s unificatietheorie. Het lijkt erop dat elektromagnetisme,  zwaartekracht en torsiegolven  allemaal  behoren tot dezelfde familie,  het zijn stuk voor stuk verschillende vormen van ethervibraties. Het meest verbazingwekkende  feit dat erop zou kunnen wijzen dat een ‘theorie van alles’ binnen handbereik  ligt, is wel dat Kozyrev ontdekte dat menselijke gedachten en gevoelens  kennelijk ook torsiegolven genereren. Hij is  in erin geslaagd torsiegolven te meten die veroorzaakt werden door plotselinge  emotionele veranderingen. Dus Kozyrev bewees feitelijk dat bewustzijn gerelateerd is aan  ethervibraties. Onze eigen gedachten en  emoties creëren torsiegolven die met  supraluminale snelheden naar alle uithoeken van het universum reizen. Torsiegolven zouden wel eens  een natuurkundige verklaring voor telepathie kunnen vormen, het vermogen om  gedachten te lezen. Omdat torsiegolven in staat zijn  materie te beïnvloeden, zou het ook wel eens de verklaring kunnen zijn voor  psychokinese, het vermogen om mentaal fysieke objecten te veranderen. Bekend  zijn de optredens van lepelbuiger Uri Geller, die zijn wonderlijke mentale vermogens  om bestek te buigen altijd heeft getoond aan het grote publiek. Hoewel velen  nog denken dat hij een oplichter is, werd hij wel degelijk onderworpen aan een  wetenschappelijk onderzoek waarbij men zijn vermogens niet kon ontkrachten.  Russische wetenschappers hebben gedurende de Koude Oorlog veel geëxperimenteerd  met paranormaal begaafden omdat men oprecht geloofde in hun vermogens.  We herinneren ons misschien  nog de onderzoekprogramma’s van Dr. Willian Tiller uit hoofdstuk 3 ‘Wetenschap  en bewustzijn’ naar het effect van de menselijke intentie. Hij vroeg  proefpersonen om hun intentie in te prenten in zijn IIED-apparaat en de  uitkomst van een experiment te manipuleren, bijvoorbeeld het verlagen van de  zuurgraad van water. Het instrument werd daartoe voor langere tijd in een  andere ruimte geplaatst en het effect van de verlaging van de zuurgraad van  water kon duidelijk gemeten worden. Na een poosje kon het apparaat  uit de kamer verwijderd worden en het effect bleef voortduren. De kamer bleek  op de één of ander manier geconditioneerd. Deze conditionering van de kamer kan  verklaard worden door de aanwezigheid van statische torsievelden die ingeprent  werden in het fysieke vacuüm van de kamer door menselijke intentie! Deze  torsievelden zijn in staat om subtiele veranderingen in materie teweeg te  brengen.  In 1984 toonde Dankachov aan  dat statische torsievelden ook in water kunnen worden gememoriseerd. Water blijkt  een goed medium te zijn voor de opslag van statische torsievelden. Wijlen de  Franse bioloog Jacques Benveniste heeft aangetoond  dat water de samenstelling van chemische bestanddelen die erin opgelost werden,  kon onthouden. Op de één of ander manier kan een torsieveld in water worden  opgewekt dat een afdruk is van de in het water opgeloste chemicaliën. Nadat het  water vele malen verdund wordt, zodat er onmogelijk nog moleculen van de  originele chemische samenstelling gevonden kunnen worden, zijn de eigenschappen van de originele bestandsdelen nog steeds in de verdunning  aanwezig. Ondanks het feit dat er in het  water geen moleculaire sporen meer gevonden kunnen worden, is de inprenting van  het torsieveld van de chemische bestanddelen nog steeds in het water aanwezig. Benveniste demonstreerde ook  dat hij in staat was om de eigenschappen van water van de ene fles naar de  andere te kopiëren door eenvoudig een tweede fles naast de eerste te plaatsen.  Het torsieveld van de eerste fles water werd op deze wijze geïnduceerd in de  tweede! Professor Dr. David  Schweitzer is in staat om dit geheugeneffect van water te fotograferen. Hij  heeft een betrekkelijk eenvoudige methode om het geheugen-effect van water en  de indruk die het achterlaat in het water, te meten. Hij neemt een druppel  water en laat deze opdrogen op een gekanteld schaaltje. Vervolgens bestudeert  hij de opgedroogde waterdruppel onder een microscoop waarbij interessante  lichtstructuren zichtbaar worden.  Het geheugeneffect van water  zou wel eens de natuurkundige verklaring voor de homeopathie kunnen zijn. Veel  mensen staan begrijpelijkerwijs erg sceptisch tegenover homeopathie - hoe kan  helder water dat zo vaak verdund is dat alle chemische bestanddelen eruit zijn,  nog steeds een medisch effect hebben? Puur water kan geen genezend effect  hebben, of wel misschien? De onzichtbare torsievelden die aanwezig zijn in het  water zouden wel eens een redelijke verklaring kunnen vormen voor dit fenomeen.(15)
 De inprenting van de menselijk  intentie in de ijskristallen van Dr. Masaru Emoto is een ander  voorbeeld van een fenomeen dat verklaard kan worden door torsiegolven die door  menselijke gedachten en emoties uitgezonden worden. De torsiegolven die door de  menselijke intentie worden voortgebracht, zijn eenvoudigweg gememoriseerd in  het water. Op een onzichtbaar niveau is hierdoor de interne structuur van het  water veranderd. Na het bevriezen van het water worden deze veranderingen voor  het eerst manifest in verschillende vormen van de ijskristallen die zichtbaar  zijn met het blote oog.Bij ‘Sound Energy Research’  creëren ze torsieveld-inprentingen in water waarbij gebruik gemaakt wordt van  scalaire of torsiegolftechnologie. Ze behandelen gedestilleerd water met  scalaire golven en een speciale spoel die door Dr. Glen Rein ontwikkeld werd.  Het resultaat is gestructureerd water dat ‘scalar wave structured water™’ genoemd  wordt. Er werden monsters van dit water opgestuurd naar Dr. Masaru Emoto die de watermonsters bevroor en de  ijskristallen bestudeerde. Ze vormden perfecte hexagonaal gestructureerde  ijskristallen. Dit is wederom een voorbeeld dat indirect bewijst dat bewustzijn en torsiegolven gerelateerd zijn – ze vertonen beide dezelfde  resultaten tijdens de experimenten met de ijskristallen van Dr. Masaru Emoto. Sound Energy Research verkoopt hun geprogrammeerd ‘slimme’ water in flessen  in drie verschillende smaakjes. Door verschillende intenties te gebruiken  hebben ze verschillende programmering toegevoegd aan het water. Van het water  wordt gezegd dat het rustgevende en helende eigenschappen heeft.(16)
   Akasha 
                    veld Torsiegolven zijn zeer  opmerkelijke golven omdat ze nooit afzwakken. Ze propageren tot de verste  uithoeken van het universum zonder hun kracht te verliezen en hebben in dit  opzicht het eeuwige leven. Wanneer torsiegolven door het fysieke  vacuüm reizen ondergaan ze geen enkele wrijving waardoor ze hun energie  behouden. Wanneer torsiegolven het universum doorkruisen interfereren ze met  andere torsiegolven. Over langere tijd weven ze zo een tapijt van de universele  geschiedenis van de beweging van het kleinste subatomaire deeltje tot de  omwenteling van de planeten en de uitdijing van melkwegstelsels. Onthoudt dat  torsiegolven voortkomen uit vele verschijnselen zoals de vibratie of  verplaatsing van materie, elektromagnetische energie en onze bewuste gedachten,  om een paar bronnen te noemen. Torsievelden zijn om die reden  informatievelden, omdat ze alles wat in dit universum sporen in de vorm van  torsiegolven heeft nagelaten,  vastleggen. Het komt erop neer dat iedere kleine gedachte die ooit gedacht is  en elke kleine beweging die ooit gemaakt is wordt opgeslagen. Het interferentiepatroon  van de torsiegolven vormt een enorm hologram dat in het hele universum  doordringt. De golven van de zee vormen  een interferentiepatroon dat in theorie de mogelijkheid biedt alle bewegingen  van alle schepen die ooit haar oppervlak beroerden, te decoderen. Op een  soortgelijke manier maken torsiegolven het theoretisch  mogelijk de geschiedenis van ons universum te decoderen. Het enige verschil  tussen zeegolven en torsiegolven is dat de eerstgenoemde geleidelijk hun  energie verliezen wanneer ze aanspoelen op het strand. De superpositie van  torsiegolven en hun geheugencapaciteit is echter onbegrensd en eeuwig. Torsiegolven staan informatie-overdracht toe door het gehele universum,  daarmee ieder atoom met elk ander atoom verbindend. En omdat ze sneller reizen dan het  licht zouden ze ook wel eens de verklaring kunnen zijn voor het non-lokale  effect dat in theorie werd voorspeld en later empirisch werd vastgesteld door  de kwantumfysica. De informatievelden die  gecreëerd worden door de torsiegolven verschaffen een coherent universum  waarbij ieder atoom verbonden is met alle andere materie en elkaar informeert  over activiteit en verblijfplaats. In feite ontdekken wetenschappers een hoge  mate van coherentie in ons fysieke universum dat niet eenvoudig verklaard kan  worden indien ons universum uit een veelvoud aan enkelvoudige individuele  atomen, moleculen, planeten en sterren zou bestaan die alleen met elkaar contact  hebben middels afzonderlijke krachten zoals de zwaartekracht. Kwantumverstrengelde  deeltjes behouden voor eeuwig hun coherente relatie en worden niet gehinderd  door de afstand die hen scheidt of het nu enkele millimeters bedraagt of de  afstand ter grootte van een melkwegstelsel. Deze coherente relaties kunnen  alleen verklaard worden als een onzichtbaar veld, dat de ruimte doordringt, hen  onderling verbindt. Het informatieveld zoals hierboven omschreven wordt door emeritus professor  Ervin Laszlo het A-veld genoemd. Laszlo heeft in de  afgelopen vier decennia een ‘integraaltheorie van alles’ ontwikkeld. In plaats  van zich te specialiseren in één bepaalde richting heeft Laszlo vele takken van  de wetenschap tegelijk bestudeerd waardoor hij uiteindelijk een integrale  systeemtheorie kon ontwikkelen. Volgens Laszlo is het A-veld fundamenteler dan  energie en materie in het universum. Het is dit oorspronkelijke informatieveld  dat de basis vormt van ons universum en alles met alles verbindt en onze perceptie  van gescheiden dingen in het universum onzinnig maakt. In zijn systeemtheorie  zijn er helemaal geen gescheiden dingen; de ‘gescheiden dingen’ die we  waarnemen in ons universum zijn vervlochten in een naadloos net van connecties. Het A-veld van torsiegolven mag dan nieuw zijn  in de wetenschap, haar bestaan is in het Oosten al duidenden jaren bekend. Het  enige nieuwe eraan is dat het herontdekt is door de Westerse wetenschap. De  Oosterse spirituele traditie heeft dit veld het Akashaveld genoemd. Akasha is Sanskriet voor stralend of  schijnend. Het is een synoniem voor ether. Volgens de Oosterse tradities is Akasha de baarmoeder  van de schepping die ieder fysiek aspect voortbrengt dat we middels onze zintuigen  gewaar kunnen worden. In de oude Oosterse spiritualiteit wordt de geschiedenis  die geschreven staat in het Akasha-veld ook wel aangeduid met de  “Akasha-kronieken”, het boek des levens, waarin alle gebeurtenissen worden  opgeslagen die ooit in dit universum zijn of zullen voorvallen. De  Akasha-kronieken, ookwel aangeduid als de Akasha-verslagen, bevatten het  verhaal van iedere ziel die ooit geleefd heeft op deze planeet. De Akasha-kronieken zijn holografische torsievelden van individuen  die inpassen in de grotere hologrammen van groepen mensen zoals dorpen,  landstreken of hele naties. De hologrammen van deze verzamelingen vermengen  zich uiteindelijk met het hologram van de gehele mensheid op aarde en lijkt op  wat Carl Jung de collectieve  geest van de mens noemt. Het A-veld of Akasha-veld zou paranormale begaafdheid  kunnen verklaren waarvan zo veel mensen getuigd hebben, zoals de mogelijkheid  om in het verleden te kijken en om weet te hebben van gebeurtenissen die plaats  hebben gevonden in deze wereld zonder dat sprake is van een persoonlijk  cognitieve bewuste gewaarwording. De Akasha-kronieken vormen zo het pakhuis van  informatie, dat geraadpleegd werd door alle grote zieners door de eeuwen heen  met inbegrip van Edgar Cayce. De auteur van dit boek kan persoonlijk getuigen dat paranormaal begaafde  mensen in staat zijn om de Akasha-verslagen te lezen. In het verleden  heb ik voor een langere periode een paranormaal begaafd magnetiseur bezocht.  Geboren als ware scepticus, verdween geleidelijkaan mijn aangeboren ongeloof in  het paranormale toen ik geconfronteerd werd met veel ongewone genezingen die ik  niet kon verklaren. Ik heb ook veel ervaringen uitgewisseld met andere cliënten  van deze magnetiseur gedurende de lange wachttijden die aan de sessies  voorafgingen. Tijdens een van mijn bezoekjes overhandigde ik hem een foto van  iemand die me zeer na is zonder enige details prijs te geven over die persoon,  géén woord. Ik vroeg hem eenvoudigweg of hij deze persoon kon helpen. Hij hield  zijn hand boven de foto en tastte deze af terwijl hij mij in detail begon te  vertellen wat deze persoon was overkomen en zeer expliciet de situatie schetste  waarin deze persoon zich op dat moment bevond. Deze informatie sloeg bij mij in  als een bom omdat ik wist dat hij gelijk had. Ik was totaal overdonderd door  deze ervaring omdat het onmogelijk was dat hij deze details kon weten die mij  even daarvoor waren verteld! Vanaf dat moment wist ik met absolute zekerheid  dat er iets fundamenteels ontbrak in mijn begrip van wat ik dacht dat mijn  materialistische realiteit was. Voor mij was deze persoonlijke  ervaring dan ook het keerpunt in mijn sceptische houding t.a.v. het  paranormale. Na deze eerste ervaring heb ik daarna nog vele mensen ontmoet en  gesproken die over paranormale gaven beschikken. Ik kan daarom met een gerust hart  zeggen vanuit mijn persoonlijke ervaring, dat paranormale gaven om de Akasha-verslagen te lezen echt bestaan en dat inderdaad alles wat  ooit gebeurd is in deze wereld vast moet liggen in de vacuüm structuur van  ruimte en tijd. Menselijk bewustzijn blijkt in staat te  zijn om dit boek des levens te lezen. Vandaag de dag bestaat er  volgens mij geen vrouw die overtuigender dan wie dan ook haar paranormale  begaafdheid kan demonstreren dan het beroemde Amerikaanse medium Char Margolis.  Ze vertoont haar readings (paranormale lezingen van de Akasha-verslagen) in televisieprogramma’s waarin ze erin slaagt  de meest verbluffende details te geven met betrekking tot overleden geliefden.  Ze begint haar readings altijd met het volledig spellen van de namen van de  geesten waarmee ze in contact staat. Ze is in staat om geesten te zien,  gedachten te lezen en gebeurtenissen te voorzien door deze uit de  Akasha-verslagen te lezen. Haar missie hier op aarde is om mensen te laten zien  dat de dood niet het einde is, maar een nieuw begin en haar boodschap is dat we  allen net als zij deze aangeboren intuïtieve gaven bezitten. Ik denk dat ieder van ons op  zijn minst wel eens een ervaring gehad heeft in zijn leven waar hij of zij  plotseling toegang kreeg tot informatie die niet direct via de zintuigen binnenkwam.  Wat we intuïtie noemen, een plotsklaps inzicht of gevoel welk ons informeert  over een situatie, zou wel eens een moment van onbewust tappen van het  Ahasha-veld kunnen zijn waarbij we toegang hebben tot informatie die we  logischerwijs niet kunnen verklaren. Soms weten we eenvoudigweg dingen! Tweelingen die emotioneel erg aan elkaar gehecht zijn, onderhouden vaak  wederzijds telepathisch contact en weten onbewust van elkaar’s situatie - in  het bijzonder wanneer één van de twee in nood verkeert. Tweelingen vertonen  vaak een verschijnsel dat ‘tweelingenpijn’ wordt genoemd - ze zijn in staat de  pijn van de ander te voelen.  Bezitters van honden weten dat hun honden vaak op mysterieuze wijze in  staat zijn om aan te voelen wanneer hun baasje thuiskomt na een lange dag op  kantoor. Dieren in de natuur kunnen een aanstaande aardbeving voorvoelen. Uren  voorafgaande aan de eigenlijke aardbeving beginnen dieren erg nerveus te worden  alsof ze aanvoelen dat er iets vreselijks staat te gebeuren. Aardbevingen  worden vergezeld door een enorme vrijgave van torsiegolven als gevolg van de wrijvingen die voorkomen in  de aardkorst vlak voor de aardbeving zelf. Deze geïntensiveerde torsiegolven  worden hoogst waarschijnlijk waargenomen door het dierlijke bewustzijn en dit kan verklaren waarom ze zo nerveus  worden voorafgaand aan de aardbeving. De mens heeft deze paranormale gave, die  nog steeds gemeengoed is bij de dieren, op de één of ander manier verloren.  Gedurende de tragische gebeurtenissen van de tsunami die plaatsvond op 26 December  2004, waren reddingswerkers in de nadagen van de aardbeving hoogst verbaasd  over de bijna totale afwezigheid van dierlijke slachtoffers, dit terwijl er  toch zo veel menselijke slachtoffers te betreuren vielen. De verklaring  hiervoor kan zijn dat de dieren hun zesde zintuig gebruikten en de ramp voelden  aankomen waardoor ze naar veiliger oorden hoog in de bergen vluchtten. Het lijkt erop dat ons huidig inzicht in paranormale gaven en in paranormale  verschijnselen in het algemeen eindelijk aan een inhaalslag begonnen is.  Verklaringen voor paranormale vermogens hebben hun weg gevonden in het  wetenschappelijke domein en voor de eerste keer in de geschiedenis is de  wetenschap in staat rationele verklaringen te geven voor deze gaven die zo lang  in het Westen totaal genegeerd, bespot en direct van de hand gewezen zijn. (17)    Recapitulatie Voor het  eerst in de menselijke geschiedenis zou het kunnen dat we een verenigde Theorie  voor Alles binnen handbereik hebben, die niet alleen ons fysieke universum  verklaart, maar haar ook verbindt met bewustzijn en daarmee driehonderd jaar na Descartes voor  eens en voor altijd het gat sluit tussen wetenschap en spiritualiteit.
 De leeg  gewaande ruimte van het universum is in het geheel niet leeg. Het bevat een  spirituele energie die de moderne wetenschap herontdekt heeft als de ether. Deze energie is echter al duizenden jaren in  veel oude spirituele tradities bekend onder even zoveel namen zoals Chi, Ki,  Prana, of de Akasha-energie van het universum. Deze energie schept niet  alleen ieder moment opnieuw de fysieke wereld, maar is ook gerelateerd aan  bewustzijn. De hedendaagse wetenschap toont aan dat de sterke  overtuiging dat er onderscheid bestaat tussen de materiële en de spirituele  wereld onjuist is. Er bestaat geen dualiteit, het universum is geconstrueerd  uit slechts één enkele substantie en zowel de fysieke als de mentale wereld  komt voort uit deze ene substantie genaamd “ether”. Amit Goswami, Daniel Winter en David Wilcock vormen enkele van  de wetenschappers die de brug tussen wetenschap en spiritualiteit zijn  overgegaan en die nu geloven dat de oorspronkelijke bewuste energie van het  universum de eerste oorzaak van de schepping is. De ether-energie kan zich rangschikken in basale geometrische golfpatronen  die genoemd zijn naar Plato - de Platonische lichamen - om zo materie te  vormen.Bijna 2.500 jaar geleden  schreef Plato dat de fysieke wereld opgebouwd is uit deze Platonische  geometrische lichamen. Deze lichamen rangschikken zichzelf in wat de  chaostheorie fractalpatronen noemt. Ze vormen een geweven matrix in de ruimte  waarbij alle atomen en sterren onderling verbonden zijn. De schaalgrootte van  de Platonische lichamen kan dan misschien verschillend lijken, de onderlinge  verhoudingen blijven steeds dezelfde (volgens het hermetische principe ‘zo  boven zo beneden’)
 De suggestie van de  kwantumwetenschappers dat waarschijnlijkheidsgolven echte golven zijn, is  aantoonbaar waar gebleken. Dit betekent ook het einde van de raadselachtige  golf-deeltjedualiteit van de kwantumwetenschap. Er zijn geen deeltjes in het  universum, enkel golven. Wat we zien als een deeltje is in werkelijkheid het  brandpunt van een golfverschijnsel. Het idee dat God het licht en  liefde van de wereld is, zoals vermeld in veel wereldreligies, kan letterlijk  genomen worden na bestudering van het werk van Daniel Winter. Materie wordt gecreëerd uit puur licht  (elektromagnetisme en torsiegolf-energie). We hebben aangetoond dat er een  duidelijke relatie bestaat tussen liefde en de Gulden snede (Phi), deze relatie is nodig gebleken teneinde materie in  stand te houden. Omdat het brandpunt van deze golven zelfreferentieel is,  schept het zelfbewustzijn. Ieder atoom in het  universum is bij gevolg zelfbewust en het universum als geheel is derhalve één  bewust wezen: het universele bewustzijn, God is alles wat er bestaat, het is  alom aanwezig, en almachtig. Hij is zich bewust van alle dingen die gaande zijn  in het universum omdat hij het universele bewustzijn zelf is. Materie in het universum wordt  door Gulden snedegolven naar het nulpunt toe getrokken, de alfa en omega van de  schepping. Het is de liefde in deze golven die zwaartekracht creëert. Wijlen de  legendarische R. Buckminster Fuller, hoofdper-soon in het Beatles-lied ‘The Fool on the  Hill’, ontdekte de importantie van de Heilige geometrie en hij verwoordde  dat zo: ‘Liefde is de metafysische zwaarte-kracht’.  Als er geen liefde aanwezig  zou zijn in de golven die de materie scheppen, zouden ze destructief  interfereren, waardoor het universum in elkaar zou klappen tot een grote  leegte. God is de Gkracht in etherdynamica, de fractal-attractor in de chaostheorie, die alle golven naar het centrum trekt, waar alles Eén wordt. Russische wetenschappers  ontdekten Tesla’s nieuwe vorm van niet-elektromagnetische energie die  spiraalsgewijs reist en welke wordt aangeduid als torsiegolven. Wetenschappers nemen nu aan dat torsiegolven beter  beschouwd kunnen worden als informatiedragers dan als energiegolven. Het is  bewezen dat torsiegolven gerelateerd zijn aan menselijk bewustzijn en dat ze ontstaan  uit gedachten en emoties. Torsiegolven vormen de interface tussen de mentale en  de fysieke wereld, hoewel we echter moeten bedenken dat er in werkelijkheid  geen dualiteit tussen beide werelden bestaat. Torsieveldfysica is de  veelbelovende fysica van psychokinese en telepathie die ons laat zien dat het  universum een hologram vormt dat lijkt op het eeuwenoude informatieveld van de  ether, beter bekend als  het Akasha-veld. De Akasha-kronieken vormen het boek des levens dat  al hetgeen in dit universum reeds gebeurde en nog te gebeuren staat,  vastlegt.  
   |